Derde bedieningsniveau E3 Voor de gespecialiseerde vakman OPGELET De toegang tot het derde bedieningsniveau is uitslui- tend voorbehouden aan de gespecialiseerde vak- man. Verkeerde instellingen van de parameters en de fa- brieksinstelling hebben een foutieve werking tot ge- volg en kunnen de werking van de verwarmingsin- stallatie aanzienlijk beïnvloeden.
Bedieningsniveau 3 Openen en verlaten Openen en verlaten Derde bedieningsniveau Terugschakeling naar naar eer- ste niveau of automatisch na 60 sec. Het bedieningsniveau 3 : E3 Door het openen van het derde bedieningsniveau krijgen de bedieningstoetsen van de regelaar een heel andere betekenis dan deze die ze bij de normale werking hebben.
Bedieningsniveau 3 Opvraging meetwaarden Opvraging meetwaarden Derde bedieningsniveau Meettemperaturen oproepen Volgende meettemperaturen Volgende verwarmingskring oproepen Terugschakeling naar naar eerste niveau of automatisch na 60 sec. De temperaturen verschijnen door meerdere malen op de maantoets te drukken. De getoonde temperaturen behoren toe aan het getoonde verwarmingskring nummer. Wilt U de dezelfde temperatuur van verschillende kringen zien, dan kan dit door de toets ’dag tempera- tuur’...
Bedieningsniveau 3 Insteltemperaturen oproepen Insteltemperaturen oproepen Derde bedieningsniveau Insteltemperaturen oproepen Wijzigen van de waarden Volgende insteltemperaturen Volgende verwarmingskring op- roepen Terugschakeling naar normaal display of automatisch na 60 sec. De insteltemperaturen verschijnen door meerdere malen op de zontoets te drukken. Bij de insteltemperaturen toebehorend aan een verwarmingskring verschijnt het symbool met kringnummer .
Pagina 7
Bedieningsniveau 3 Insteltemperaturen oproepen Verklaring van de instelwaarden 2 Begrenzing van de instelwaarde van de voorlooptemperatuur. Bij vloerverwarming ( werkingsinstelling Nr.1 = 1— JA) bedraagt deze waarde maximaal 40°C, onafhankelijk van de instelling 3 Bij werkingsinstelling Nr.10 = 1— JA (mengkraanbegrenzing) wordt de instelwaarde voor de voorloop temperatuur minstens op deze waarde gehouden.
Bedieningsniveau 3 Tijden oproepen Insteltemperaturen oproepen Derde bedieningsniveau Tijden oproepen Wijzigen van de waarden Volgende tijden oproepen Volgende verwarmingskring op- roepen Terugschakeling naar normaal display of automatisch na 60 sec. De tijden verschijnen door meerdere malen op de kraantoets te drukken. De waarde in het display wordt samen met een afkorting getoond.
Bedieningsniveau 3 Tijden oproepen Bedrijfsurenteller Bedrijfsurenteller oproepen Derde bedieningsniveau Tijden oproepen Bedrijfsurenteller oproepen Bedrijfsurenteller tweede trap oproepen De bedrijfsuren verschijnen in mhet display. In het derde niveau werkingsinstelling Nr.24 = 1— JA zijn. (Omschakeling tussen urenteller en onderboiler) Door nogmaals de toets waterkraan in te drukken worden de bedrijfsuren van de tweede brandertrap ge- toond.
Bedieningsniveau 3 Werkingsinstellingen Werkingsinstellingen oproepen Derde bedieningsniveau Werkingsinstellingen oproepen Wijzigen van de waarden Volgende instelling oproepen Volgende verwarmingskring op- roepen Terugschakeling naar normaal display of automatisch na 60 sec. De JA/NEE werkingsinstellingen verschijnen na elkaar door meerdere malen op de “uit” toets te drukken. Bij de specifieke verwarmingskring instellingen wordt het nummer van de kring getoond.
Pagina 12
Bedieningsniveau 3 Werkingsinstellingen Verklaring Vloerverwarming verwarmingsprogramma 2 u. vervroegen coëfficiënt voor ruimte uitschakeling op 4 K steilheid van de verwarmingskring 1 op 0,5 maximale voorlooptemperatuur op 40°C De constante voor schakeltijd vervroeging T op 10 °C. Weersafhankelijk/ Bij weersafhankelijke reling wordt de voorlooptemperatuur volgens een Ruimteproportioneel steilheidscurve berekend.
Pagina 13
Bedieningsniveau 3 Werkingsinstellingen Verklaring Configuratie WKBM of WKB : de aansluiting van de retourpomp op de uitgang voor de HSP 2 als retourpomp tweede verwarmingspomp. BR 2 als retourpomp Eéntraps werking : de aansluiting van retour pomp op de uitgang voor de tweede bran- dertrap.
Bedieningsniveau 3 Werkingsinstellingen Verklaring In/uit schakelen symbolen LGM ketelinstelwaarde 0...10V In de versi LOGON RE wordt de keteltemperatuur als 0...10Volt signaal aangegeven. De codering is als volgt 0 °C = 0 V 130 °C = 10 V 10°C = 2 V 90 °C = 10 V ULTRON functie In verbinding met een MPA.
Bedieningsniveau 3 Service functie Kalender instellen Derde bedieningsniveau Service functie Relais oproepen In/uit schakelen van de relais- waarden Volgende relais oproepen Volgende verwarmingskring oproepen Terugschakeling naar normaal display of automatisch na 60 sec. De verschillende relais zijn zoals in de tabel te zien . Bij de specifieke verwarmingskring instellingen wordt het nummer van de kring getoond.
Bedieningsniveau 3 Reset Schakelaar automatisch / hand Reset C-toets Alle voorinstellingen van het eerste en tweede niveau worden uit de regelaar overgenomen. Voor de basis regelaar worden de fabrieksinstellingen ingevoerd. Lange reset C-toets In het derde niveau worden de werkingsinstellingen (JA/NEE) op fabrieksinstellingen ge plaatst.
Bedieningsniveau 3 Regelaar configuratie Glijdende weersafhankelijke of ruimteproportionele keteltempe- ratuur regeling Boilerregeling WKBM Constante weersafhankelijke of ruimteproportionele voorloop- temperatuur regeling met mengkraan voor maximum 4 kringen ( met 3 meng-modulen) Voorgeregelde keteltemperatuur Boilerregeling WKBM 4 Constante weersafhankelijke voorlooptemperatuur regeling met mengkraan voor verwarmingskring 1.
Richtlijnen aansluitingen Basis - regelaar De voorloopvoeler bepaalt ook de configuratie van de gezamenlijke installatie. Is hij niet aangesloten, wordt de automatische configuratie steeds als WKB geconfigureerd. De mengkraan-module is dan ook zonder wer- king. De buitenvoeler moet aangesloten zijn, wanneer een kring weersafhankelijk gestuurd wordt. Een als WKBM4 geconfigureerde regelaar heeft steeds een buitenvoeler, omdat enkel een ruimtevoeler aan de basisregelaar kan worden aangesloten en daarmee enkel één dring ruimteproportioneel gestuurd kan worden.
Richtlijnen aansluitingen Mengkraan - module Door middel van een adresweerstand (ADR) wordt een vaste volgorde aan de mengkraan-modules van de verwarmingskringen toegewezen. De Menkraan-Module 1 (MM E1) is in WKBM-configuratie de tweede ver- warmingskring, in WKBM4-configuratie de derde verwarmingskring. Is bij de mengkraanmodulen geen voorloopvoeler aangesloten, wordt voor de verwarmingskring een vaste voorloop-instelwaarde van 20°C ingesteld.
Slecht één module kan de stroom verzorgen. Her Bus-Synchronisatiesignaal ASYN wordt door de LOGON E geleverd. Het signaal is in het derde niveau uitschakelbaar , enkel wanneer een ander toestel, bvb. De MPA, het synchronisatiesignaal levert.
Richtlijnen aansluitingen Afstandbediening Bij de configuratie WKB kan de afstandbediening op één van beide verwarmingskringen toegewezen worden (derde niveau, JA/ NEE instelling Nr.34) De ruimtevoeler TR is bij de installatie van een FWD aangesloten. Dat betekend dat bij gebruik van de af- standbediening voor de tweede (glijdende) kring, de eerste (mengkraan) kring geen ruimtevoeler gebruikt.
Pagina 22
ELCO-MAT N.V. Research Park Pontbeeklaan 53 1731ZELLIK TEL. : 02/463.19.05 FAX : 02/463.17.05...