Delen van de camera
Stille stand
Stille stand
In situaties waar camerageluiden of -lichten ongewenst
zijn, druk op de knop DISP/BACK totdat het icoontje o
wordt weergegeven (ca. een seconde). De luidspreker
van de camera, fl itser en AF-hulplicht/zelfontspanner-
lampje schakelen uit en de fl itser- en volume-instellin-
gen kunnen niet worden aangepast (let op dat stille
stand niet kan worden in-of uitgeschakeld wanneer
er een video wordt afgespeeld). Druk nogmaals op de
DISP/BACK-knop om normale bediening te hervatten.
4
Bedieningsvergrendeling
Bedieningsvergrendeling
Om onopzettelijke bediening van de selectieknop
en de Q- en t-knoppen te voorkomen tijdens het
fotograferen, drukt u op MENU/OK totdat X wordt
weergegeven. De bedieningsknoppen kunnen worden
ontgrendeld door op MENU/OK te drukken tot X niet
langer wordt weergegeven.
Fel omgevingslicht
Fel omgevingslicht
Weerkaatsingen en glans veroorzaakt door fel omge-
vingslicht kunnen ervoor zorgen dat het scherm in de
monitor, met name wanneer de camera buitenshuis
wordt gebruikt, moeilijk te zien is. Dit kan worden
verholpen door de Q-knop ingedrukt te houden om
zo de buitenstand in te schakelen. De buitenstand kan
eveneens worden ingeschakeld met behulp van de
optie A SCHERM SET-UP > MONITOR ZONLICHT-
FUNCTIE in het instellingenmenu (P 84).