BitLocker-stationsversleuteling/BIOS-metingen
Als u Windows BitLocker Drive Encryption (BDE) hebt ingeschakeld op uw systeem, raadt HP aan dat u BDE
tijdelijk onderbreekt voordat het BIOS wordt bijgewerkt. Bovendien moet u uw BDE-wachtwoord voor herstel
of de BDE-pincode voor herstel ophalen voordat u BDE opschort. Nadat u de BIOS hebt geflasht, kunt u BDE
weer hervatten.
Als u BDE wilt wijzigen, selecteert u Start > Configuratiescherm > BitLocker Drive Encryption, Beveiliging
onderbreken of Doorgaan met beveiliging en Ja.
Als algemene regel verandert het bijwerken van het BIOS de meetwaarden die zijn opgeslagen in de Platform
Configuration Registers (PCR's) van de beveiligingsmodule van het systeem. Schakel tijdelijk
verbindingstechnologieën uit die deze PCR-waarden gebruiken om de gezondheid van het platform te
bevestigen (BDE is daar een voorbeeld van) voordat het BIOS wordt geflasht. Nadat u het BIOS hebt
bijgewerkt, moet u de functies opnieuw inschakelen en het systeem opnieuw opstarten zodat u nieuwe
metingen kunt uitvoeren.
BootBlock Emergency Recovery-modus
In het geval van een mislukte BIOS-update (bijvoorbeeld als de voeding wordt onderbroken tijdens het
bijwerken), kan het systeem-BIOS beschadigd raken. BootBlock Emergency Recovery-modus detecteert deze
toestand en zoekt automatisch in de hoofdmap van de vaste schijf en in alle USB-mediabronnen naar een
compatibele binaire image. Kopieer het binaire (.bin)-bestand in de DOS-Flash-map op de bron van het
opslagapparaat en schakel vervolgens het systeem in. Als het herstelproces de binaire image vindt, wordt
geprobeerd om het herstelproces uit te voeren. Het automatische herstel gaat door totdat het BIOS is
hersteld of bijgewerkt. Als het systeem een BIOS-instelwachtwoord heeft, moet u mogelijk het opstartmenu
of submenu hulpprogramma's gebruiken om het BIOS handmatig te flashen nadat u het wachtwoord hebt
opgegeven. Soms zijn er beperkingen voor welke BIOS-versies geïnstalleerd kunnen worden op een platform.
Als het BIOS op het systeem beperkingen heeft, mogen alleen toegestane BIOS-versies gebruikt worden voor
herstel.
Diagnostische gegevens en problemen oplossen
Lampjes
Tabel 3-8
Lampjes voor energie en IDE-Flash-activiteit
Lampje
Aan-uitlampje uit
Aan-uitlampje aan
44
Hoofdstuk 3 Problemen oplossen
Status
Wanneer de thin client is aangesloten op het stopcontact en het aan-uitlampje niet brandt, is de thin
client uitgeschakeld. Maar het netwerk kan Wake On LAN activeren om beheerfuncties uit te voeren.
Wordt weergegeven tijdens het opstarten en wanneer de thin client is ingeschakeld. Tijdens het
opstarten, wordt de hardware geïnitialiseerd en worden opstarttests uitgevoerd voor:
Initialisatie van de processor
●
Geheugendetectie en initialisatie
●
Videodetectie en initialisatie
●
OPMERKING:
Als een van de tests mislukt, stopt de werking van de thin client, maar blijft het lampje
branden. Als de videotest mislukt, laat het systeem een pieptoon horen. Er worden geen berichten
verzonden naar video voor elk van deze mislukte tests.