Computer Setup:Geavanceerd
OPMERKING:
hardwareconfiguratie.
Tabel 3-6
Computer Setup:Geavanceerd (voor gevorderde gebruikers)
Optie
Opstartopties
BIOS opstarten
Apparaten op
systeemkaart
Busopties
Apparaatopties
40
Hoofdstuk 3 Problemen oplossen
Welke opties van Computer Setup precies worden ondersteund, is mede afhankelijk van de
Onderwerp
Hiermee kunt u het volgende instellen:
POST-berichten (Ingeschakeld/Uitgeschakeld): standaard is uitgeschakeld.
●
Druk op de ESC-toets voor opstartmenu (Weergegeven/Verborgen).
●
Na stroomstoring (Uit/Aan/Vorige staat): standaard is voeding uit. Stel deze optie als volgt in:
●
Voeding uitgeschakeld:hiermee blijft de computer uitgeschakeld wanneer de netvoeding is
●
hersteld.
Voeding ingeschakeld:hiermee wordt de computer automatisch ingeschakeld zodra de voeding
●
wordt hersteld.
Vorige toestand:hiermee wordt de computer automatisch ingeschakeld zodra de voeding is
●
hersteld, net zoals de computer was ingeschakeld toen de voeding werd onderbroken.
OPMERKING:
Als u de netvoeding van de computer uitschakelt met de schakelaar van een stekkerdoos,
kunt u de functies stand-by/hibernationstand en Beheer op afstand niet gebruiken.
Vertraging na POST (in seconden): als u deze optie inschakelt, wordt er tijdens de POST een
●
instelbare vertraging toegepast. Vaste schijven op bepaalde PCI-kaarten hebben deze vertraging
soms nodig, omdat zij dermate langzaam op gang komen, dat ze niet gereed zijn om op te starten
wanneer de zelftest (POST) is voltooid. De vertraging na POST geeft u ook meer tijd om op
drukken om Computer Setup (F10) te starten. Standaard is Geen.
F1 Prompt op configuratiewijzigingen omzeilen (Ingeschakeld/Uitgeschakeld).
●
Opstartbron extern ontwaken (Lokale vaste schijf/Externe server). Hiermee kunt u de bron instellen
●
vanwaar de computer de opstartbestanden ophaalt bij op afstand wekken.
Met deze optie kunt u de computer automatisch opstarten op een door u ingesteld tijdstip.
Hiermee schakelt u bronnen in voor oudere apparaten of schakelt u deze uit.
COM2-signaaltype. Met deze optie kunt u COM2 wijzigen ter ondersteuning van RS232 of TTL.
OPMERKING:
De seriële poort COM3/4 en de parallelle poort LPT zijn aangesloten op een PCIe-controller
die de eigen PCI-brontoewijzing volgt, waaronder I/O, IRQ en DMA. Deze poorten kunnen alleen werken in
omgevingen met ondersteuning voor het PCIe-stuurprogramma; we hebben geen toegang tot deze
poorten in de traditionele DOS-modus met hulpprogramma's voor parallelle en seriële poorten.
Op bepaalde modellen kunt u het volgende in- of uitschakelen:
PCI SERR#-generatie. Standaard is Ingeschakeld.
●
PCI VGA-videopaletcontrole, waarmee u de VGA-videopaletcontrole-bit in de PCI-configuratieruimte
●
kunt instellen; dit is alleen nodig wanneer meer dan één grafische controller is geïnstalleerd.
Standaard is Uitgeschakeld.
Hiermee kunt u het volgende instellen:
Buffergrootte UMA-frame (Auto/128MB/256MB): gebruik deze optie om Intel® DVMT5.0 totale
●
grafische geheugengrootte te beheren, die wordt gebruikt door het interne grafische apparaat in
omgevingen die niet door Intel beheerd worden. Het Intel HD grafische stuurprogramma deelt
dezelfde ruimte met het systeemgeheugen en het maximale grafische geheugen op Windows® 10 is
maximaal en wordt beperkt door het besturingssysteem tot de helft van het systeemgeheugen.
S5 Wake on LAN (S5 Uitgeschakeld/Ingeschakeld)
●
Num Lock-status bij opstarten (Uit/Aan). Standaard is Uit.
●
F10
te