3. MONTEREN EN VERBINDEN
•
Maximale luchtvochtigheid van 95%.
•
Omgevingstemperatuur van -25 °C tot 40 °C.
•
Temperatuurverschil binnen 24 uur < 35 °C.
•
De aanbevolen installatiehoogte is 80 tot 120 cm van
de grond tot de onderkant van de behuizing.
•
De laaduitgang op het voertuig moet eenvoudig te
bereiken zijn met de bevestigde laadkabel of de kabel
die voor het laden wordt gebruikt.
•
Zorg ervoor dat de locatie van het laadstation zodanig
is dat gebruikers hun laadkabel (ongeveer 5 - 7,5 meter)
kunnen gebruiken zonder deze onder spanning (strak)
te zetten.
•
Voorkom dat andere weggebruikers over de kabel heen
kunnen rijden.
•
Voorkom dat voetgangers over kabels kunnen struikelen.
3.3 Voorbereiding voorafgaand aan de installatie
•
Bekijk de locatie en bepaal waar de installatie geplaatst
wordt
•
Controleer de reikwijdte van de levering en de benodigde
onderdelen
•
Lees deze installatiehandleiding voordat u begint
•
Download de ACE Service Installer op alfen.com en vraag
een account aan.
OPMERKING
Zorg ervoor dat u de beschikking heeft over de nieuwste
versie van de Service Installer en dat u een account heeft
voordat u begint aan de installatie van het laadstation. Klik
op 'Sign up for an account' . Het aanmaken van een nieuw
account kan enkele werkdagen duren.
3.4 Installatiehulpmiddelen
•
Potlood of stift
•
Draadstriptang
•
Voltmeter of digitale multimeter
•
Phillips schroevendraaier
•
Platkopschroevendraaier
•
Grote platkopschroevendraaier
•
T20 Torx schroevendraaier
•
T10 Torx schroevendraaier
•
M20 eb M32 kabelwartels (ook bekend als afdichtings-
punten)
•
Hulzen (de diameter van de huls hangt af van de diame-
ter van de stroombedrading en de constructie)
•
Waterpas
•
Machineboor
•
Momentschroevendraaier (voor klemmenblokaanslui-
tingen)
3.5 Voorwaarden voor de installatieprocedure
•
De installatielocatie is een stevige muur of paal.
•
Er is geen sprake van brandgevaar binnen een straal van
5 meter van de installatielocatie.
•
De voedingskabel is geleid. De voedingskast is voorzien
van een RCD type A en MCB om de voedingskabel aan
te sluiten.
•
Er staat geen stroom op de voedingskabel.
•
Optioneel: De RJ11 of RJ45 kabel is geleid en voorbereid
(aansluiting op de voedingskast).
18
3.6 Mechanische installatie
•
Haal het laadstation uit de doos.
•
Controleer of alle onderdelen compleet zijn.
•
Leg het laadstation op een gladde ondergrond om kras-
sen en schade aan het laadstation te voorkomen.
OPMERKING
Tip: Gebruik de verpakking
Wandmontage van het laadstation
1.
Plaats het laadstation op de gewenste plek.
•
Houd 300 mm ruimte rondom het laadstation.
•
Kies een geschikte en ergonomische hoogte.
•
Gebruik een potlood en waterpas om de boven- en
onderkant van het laadstation te markeren.
2.
Verwijder het montageblok van de achterkant van het
laadstation.
3.
Verwijder de kap aan de voorkant en leg deze aan de kant.
4.
Schroef de drie Torx T20 schroeven los van het trans
parante subframe en verwijder deze van het laadstation.*
Figuur 3: Het subframe verwijderen
* Modellen met display: schakel de displayconnector uit.
5. Gebruik het montageblok als boorsjabloon.
•
Gebruik een waterpas om het montageblok te positioneren.
•
Markeer de boorgaten. Verwijder het montageblok.
•
Boor de gemarkeerde gaten met een drilboor van 5 mm.
Figuur 4 Montage aan de muur
Eve Single handboek | Versie 4.2 | December 2021