Advertenties
normen (IEC EN 60974-9) en de voorschriften voor
ongevallenpreventie.
• Controleer of de voedingsspanning met de nominale
spanning van het lasapparaat overeenstemt.
• Gebruik voor de beveiliging zekeringen die aan de
gegevens vermeld op het technische plaatje voldoen.
• Plaats de gasfl es op een steun door hem met de 2
riemen te blokkeren. Het is belangrijk dat de riemen
goed om de gasfl es klemmen om gevaarlijk kantelen
ervan te vermijden.
• Sluit de gasleiding aan op de uitgang van de
drukreductor.
• Open het zijklepje.
• Verzeker u ervan dat de aarddraad D in de
spoelruimte op de negatieve pool is aangesloten
(zie het plaatje met aanwijzingen dat naast de
aansluitklemmen + en - is aangebracht).
• Sluit de aarddraad D aan op het te lassen werkstuk.
• Breng de spoel met draad aan op de steun in de ruimte.
Monteer de spoel op de steun zodat de draad linksom
wordt afgerold.
• Controleer of de sleeprol correct voor de diameter en
de gebruikte draad is gemonteerd.
• Snijd de draad door met een scherp hulpmiddel. Houd
de draad tussen de vingers geklemd zodat deze niet
kan afrollen, en breng hem in het plastic buisje aan dat
uit de reductiemotor steekt. Haal de draad vervolgens
met behulp van uw vinger door het stalen buisje van de
adapter, tot de draad uit de adapter naar buiten komt.
• Monteer de lastoorts.
Monteer de spoel en de toorts. Schakel de machine in
en kies de juiste synergetische curve aan de hand van
de aanwijzingen van de paragraaf "service functies"
(PROCESS PARAMS). Demonteer het gas mondstuk en
draai het stroomgeleidende mondstuk van de toorts los.
Druk de knop van de toorts in tot de draad naar buiten
steekt. LET OP houd uw gezicht buiten het bereik
van de lans als de draad naar buiten komt. Draai
het stroomgeleidende mondstuk los en breng het gas
mondstuk aan.
Open de reductor van de gasfl es en stel de gasstroom af
op 8 – 10 l/min.
Tijdens het lassen zal het display A de daadwerkelijke
stroom en spanning van de bewerking weergeven. De
weergegeven waarden kunnen lichtelijk van de ingestelde
waarden afwijken. Dit hangt af van vele factoren, soort
toorts, dikte die afwijkt van de nominale maat, afstand
tussen het stroomgeleidende mondstuk en het te lassen
materiaal, lassnelheid.
De spannings- en stroomwaarden zullen na het lassen
op het display A, waarop de letter H (HOLD) wordt
weergegeven, worden opgeslagen. Draai een beetje
aan de draaiknop B om de ingestelde waarden te laten
weergeven. Druk de knop van de toorts in zonder te
lassen om op het display A de nullastspanning en de
stroomwaarde gelijk aan 0 te laten weergeven.
NB. We raden u aan om de huls van de lastoorts te ver-
vangen door een huls met passende binnendiameter als
58
u draad met een diameter van 0,6mm gebruikt.
Een huls met een binnendiameter die te groot is, garan-
deert geen correcte voortgang van de lasdraad.
6 INBEDRIJFSTELLING EN INSTALLATIE VOOR
LASSEN ZONDER GAS.
In dit geval bereidt u de machine op dezelfde wijze voor
als hiervoor is beschreven. Voor deze vorm van lassen
moet u echter:
Een spoel met gevuld draad voor lassen zonder gas
monteren, de juiste synergetische curve kiezen (E71TGS
0,9mm) en de aanwijzingen van de paragraaf "service
functies" (PROCES PARAMS) in acht nemen.
Monteer de sleeprol en het stroomgeleidende mondstuk
die voor een draad met kern met een diameter van 0,9mm
geschikt zijn op de lastoorts.
Sluit de klem van de aarddraad in de spoelruimte aan
op de positieve pool. (zie het plaatje met aanwijzingen
dat naast de aansluitklemmen + en - is aangebracht).
Sluit de klem van de aarddraad aan op het te lassen
werkstuk.
7 BESCHRIJVING FUNCTIES DIE OP DISPLAY A
WORDEN WEERGEGEVEN.
software en het release nummer van de synergetische
curven.
Onmiddellijk na de inschakeling toont het display A:
De gebruikte synergetische curve, de 2T- of 4T-lasmo-
dus, de functie SPOT, indien geactiveerd, de letters PP
als een Push-Pull-toorts wordt gebruikt, het lasproces
"SHORT of PULSEREND", de lasstroom, de snelheid in
meter per minuut van de lasdraad, de lasspanning en de
aanbevolen dikte.
Draai aan de draaiknop B om de lasparameter toe of
af te laten nemen, de waarden wijzigen tegelijkertijd op
synergetische wijze.
Druk minstens 2 seconden lang de draaiknop B in om
de lasspanning V te wijzigen. Op het display wordt een
balk met 0 in het midden (Arc Lenght of booglengte)
weergegeven. U kunt de waarde van -9,9 tot 9,9 wijzigen
met behulp van de draaiknop B. Druk de draaiknop B
weer kort in om de functie af te sluiten.
Als u de waarde wijzigt, zal na het afsluiten van het submenu
naast de spanning V een pijl worden weergegeven. Een
pijl omhoog geeft aan dat de ingestelde waarde verhoogd
is, terwijl een pijl omlaag aangeeft dat deze waarde
verlaagd is.
Bij de inschakeling van de
machine toont het display A
een aantal seconden het
artikelnummer
van
machine, de versie en de
ontwikkelingsdatum van de
de
Advertenties
