3.
Druk op Mijn gezondheid
tie toe te voegen of om de informatie te bewerken.
•
Conditie om medische aandoeningen of apparaten in te voeren
(bv. diabetes of pacemaker).
Allergieën om in te voeren waar u allergisch voor bent (bv. peni-
•
cilline of bijensteken).
Bloedgroep om uw bloedgroep in te voeren.
•
Inentingen om alle relevante inentingen in te voeren.
•
Medicijnen om in te voeren welke medicijnen u gebruikt.
•
Verzekering om uw zorgverzekeraar en uw polisnummer in te
•
voeren.
Dokter om de naam van uw arts in te voeren.
•
Telefoonnummer om het telefoonnummer van uw arts in te
•
voeren.
Als u klaar bent met Mijn gezondheid, drukt u op Opslaan.
4.
Druk op ICE-contacten
toe te voegen of om de informatie te bewerken.
NB U kunt 2 ICE-contacten toevoegen.
•
Naam om de naam van uw ICE-contactpersoon in te voeren.
•
Relatie om een contactpersoon uit het telefoonboek toe te
voegen.
Telefoonnummer om het telefoonnummer van uw ICE-contact-
•
personen in te voeren.
Herhaal de stappen voor een tweede ICE-contact.
Als u klaar bent met Mijn gegevens , drukt u op Opslaan.
Via de assistentieknop hebt u snel toegang tot vooraf ingestelde hulpnum-
mers voor situaties waarin u hulp nodig hebt. Zorg dat de hulpfunctie vóór
gebruik is ingeschakeld en geconfigureerd, voer ontvangers in de nummer-
lijst in en bewerk het sms-bericht. Zie Hulpinstellingen, p.18.
Nederlands
Bewerken om bij elk onderdeel informa-
Bewerken om bij elk onderdeel informatie
Assistentieknop
17