Bedieningstoetsen op het systeem en de
afstandsbediening
1 STANDBY-ON
–
om het systeem aan of stand-by te zetten.
–
om automatisch radiozenders op te slaan door
gedurende 5 seconden ingedrukt te houden.
2 BRONKEUZE : om te kiezen tussen:
CD / (CD 1•2•3)
–
om de cd-speler te bedienen. Als de cd-speler
stilstaat: om de cd-lade (1, 2 of 3) te kiezen.
TUNER / (BAND)
–
om de tuner te bedienen. Als u de tuner gekozen
heeft: om het golfgebied (FM, MW of LW) te kiezen.
TAPE / (TAPE 1• 2)
–
om het cassettedeck te bedienen.
AUX / (VIDEO)
–
om het apparaat dat aangesloten is op AUX IN te
bedienen (bijvoorbeeld het geluidskanaal van een tv,
laserdiskspeler, DVD-speler of videorecorder).
3 PER APPARAAT VERSCHILLEND
SEARCH à á (TUNING à á)
bij CD ............ om een vorige/volgende passage te
zoeken.
bij TUNER ..... om af te stemmen op een lagere of
hogere radiofrequentie.
STOP•CLEAR Ç (DEMO)
bij CD ............ om het afspelen van een cd te
beëindigen en om een programma te
wissen.
bij TUNER ..... om het programmeren te beëindigen.
bij DEMO ...... om de demonstratie te beëindigen.
PLAY É / PAUSE Å
bij CD ............ om het afspelen te starten of te
onderbreken.
PREV í / NEXT ë (PRESET 4 3 )
bij CD ............ om naar het begin van het huidige of
van een vorig/volgend nummer te gaan.
bij TUNER ..... om een geprogrammeerde zender te
kiezen.
4 DUBBING
–
om een cassette met normale snelheid of versneld te
kopiëren.
5 DIGITAL SOUND CONTROL (DSC)
–
om het gewenste klankeffect te kiezen: OPTIMAL,
JAZZ, ROCK of TECHNO.
6 DIGITAL SOUND CONTROL-
BEDIENINGSDISPLAY
–
geeft de gekozen DSC-instelling weer.
7 DYNAMIC BASS BOOST (DBB)
–
om het versterken van de lage tonen aan en uit te
zetten.
8 DISPLAY
–
voor informatie over wat het systeem doet.
9 CD-LADE
0 CD DIRECT PLAY (DISC 1 / DISC 2 / DISC 3)
–
om het afspelen te starten met één van de cd's in de
cd-lade.
! OPEN•CLOSE
–
om de cd-lade te openen of te sluiten.
@ DISC CHANGE
–
om cd's te verwisselen
# CLOCK•TIMER
–
Om de tijd weer te geven en om de klok of timer in te
stellen.
$ PROGRAM
–
om bij de cd-speler cd-nummers te programmeren of
bij de tuner zenders te programmeren.
% VOLUME
–
om het volume in te stellen.
BEDIENINGSTOETSEN
^ ;
–
aansluitbus voor een hoofdtelefoon.
& CASSETTEDECK 2
* EDIENING VAN CASSETTEDECK 2
PLAY É ......... om het afspelen te starten.
à .................... om de cassette terug te spoelen.
á .................... om de cassette vooruit te spoelen.
STOP•OPEN ... om het afspelen te beëindigen of om
de cassettehouder te openen.
PAUSE ............ om het afspelen te onderbreken.
( EDIENING VAN CASSETTEDECK 1
RECORD .......... om het opnemen te starten.
PLAY É ......... om het afspelen te starten.
à .................... om de cassette terug te spoelen.
á .................... om de cassette vooruit te spoelen.
STOP•OPEN ... om het afspelen/opnemen te
beëindigen of om de cassettehouder
te openen.
PAUSE ............ om het afspelen of opnemen te
onderbreken.
) CASSETTEDECK 1
¡ BRIGHTNESS (enkel beschikbaar bij model FW620C)
–
voor het instellen van de lichtsterkte van het display.
™ REPEAT
–
om een nummer van een cd te herhalen.
£ SHUFFLE
–
om alle nummers van alle aanwezige cd's in
willekeurige volgorde af te spelen.
≤ MUTE
–
om het geluid tijdelijk uit te zetten en daarna weer
aan te zetten.
∞ 2
–
om het systeem stand-by te zetten
89