Dit apparaat mag niet gebruikt worden indien het glas beschadigd is, en mag nooit gebruikt worden als de deur
open staat. De installatie moet op een haardstede (of grondoppervlak) staan, welke sterk genoeg is om het
gewicht van de haard te dragen.
Belangrijk: Indien het toestel geplaatst wordt tegen een niet hittebestendige wand, of een niet hittebestendige
vloer, is een extra beschermplaat achter het toestel vereist.
3.1 Leidingen en gas‐ netstroomaansluitingen
•
Slechts metalen leidingen zijn toegelaten, hetzij in staal, hetzij in koper;
•
Op het uiteinde van de leiding in de nabijheid van het toestel is een gekeurde afsluitkraan
noodzakelijk om het gas af te sluiten bij een eventuele ontkoppeling;
•
Nagaan of er zich geen stof of vuil in de leiding bevindt alvorens deze aan te sluiten op het toestel. Dit
is zeer belangrijk voor de veiligheid van het toestel aangezien stof of vuil de werking van de kraanblok
kan verhinderen of zelfs het afsluiten van de gastoevoer kan blokkeren;
•
De aansluitkraan is voorzien in 3/8" G binnendraad;
•
Voor de schroefdraaddichtingen wordt uitsluitend gekeurd materiaal gebruikt;
•
Gebruik voor koperleidingen hardsoldeer met een smeltingtemperatuur hoger dan 450°;
•
Het drukverlies op de leidingen mag maximum 1 mbar bedragen;
•
Gebruik uitsluitend bicône aansluitingen met dikwandige moeren, minstens 0,7 × Ø. Minderwaardige
aansluitingen zijn zeer gevaarlijk daar de messingmoer na verloop van tijd kan barsten en aldus gas‐
ontsnapping kan veroorzaken;
•
Het netsnoer aansluiten op 230V monofase met aarding (indien aanwezig).
3.2 Open verbranding
•
Het rookafvoerkanaal is voorzien voor buizen van Ø 90;
•
De kachel dient aangesloten te worden op een goed
werkende schouw. De schoorsteen vegen en de roetput
reinigen indien nodig;
•
De hoogte van het schouwkanaal moet minstens 4
meter bedragen;
•
Indien de afvoerbuis door een brandbare wand gaat, zal
de opening in de wand minstens 2 cm groter zijn dan de
afvoerbuis en mag deze nergens de wand raken. Beter is
de afvoerbuis te isoleren met rotswol of glaswol;
•
Indien er zich roet in de schouw bevindt moet er
gewerkt worden met een inox flexibel die tot
bovenaan de schouw gaat;
• Bij nieuwbouw moet een nieuw schoorsteenkanaal ten
minste 6 maanden drogen alvorens te worden
gebruikt voor aansluiting van een kachel.
De vrije ruimte achter de kachel moet minimaal 100 mm bedragen
6
Gebruiksaanwijzing
Min.100 mm
Ø 90
min. 4 m
Schouw