Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Lincoln Electric VRTEX 360 COMPACT Gebruikershandleiding pagina 3

Inhoudsopgave

Advertenties

De omvang van het omliggende gebied zal afhangen van de structuur van het gebouw en andere activiteiten die er plaatsvinden.
Het omliggende gebied kan zich uitstrekken tot buiten de grenzen van het terrein.
Methoden voor het verminderen van emissies
Netvoeding
Lasapparatuur moet worden aangesloten op het stroomnet volgens de aanbevelingen van de fabrikant. Als er interferentie
optreedt, kan het nodig zijn om extra voorzorgsmaatregelen te nemen zoals filtering van de stroomtoevoer. Er moet worden
overwogen om de voedingskabel van permanent geïnstalleerde lasapparatuur af te schermen in een metalen leiding of iets
soortgelijks. De afscherming moet over de gehele lengte elektrisch ononderbroken zijn. De afscherming moet worden
aangesloten op de stroombron van de lasapparatuur, zodat een goed elektrisch contact tussen de leiding en de behuizing van
de stroombron van de lasapparatuur behouden blijft.
Onderhoud van lasapparatuur
De lasapparatuur moet regelmatig worden onderhouden volgens de aanbevelingen van de fabrikant. Alle toegangs- en
onderhoudsdeuren en afdekkingen moeten tijdens het gebruik van de lasapparatuur gesloten en goed bevestigd zijn. De
lasapparatuur mag op geen enkele manier worden aangepast, behalve voor wijzigingen en aanpassingen die in de instructies
van de fabrikant staan beschreven. In het bijzonder moeten de vonkbruggen van sluitbogen en stabiliserende apparaten worden
aangepast en onderhouden volgens de aanbevelingen van de fabrikant.
Laskabels
De laskabels moeten zo kort mogelijk worden gehouden en dicht bij elkaar worden geplaatst, op of dicht bij de vloer.
Signaalaarde
Het wordt aangeraden om alle metalen onderdelen in de lasinstallatie en de aangrenzende onderdelen te verbinden. Metalen
componenten die aan het werkstuk zijn bevestigd, verhogen echter het risico dat de bediener een schok kan krijgen wanneer
deze metalen componenten en de elektrode tegelijkertijd worden aangeraakt. De bediener moet geïsoleerd worden van al deze
met elkaar verbonden metalen onderdelen.
Aarding van het werkstuk
Wanneer het werkstuk niet aan de aarde verbonden is om reden van elektrische veiligheid of vanwege zijn afmeting en positie,
bijvoorbeeld de romp of het bouwstaal van het schip, kan een verbinding die het werkstuk aan de aarde verbindt de emissies in
sommige, maar niet in alle gevallen verminderen. Er moet worden voorkomen dat de aarding van het werkstuk de kans op letsel
bij gebruikers of schade aan andere elektrische apparatuur vergroot. Waar nodig, moet het werkstuk via een directe verbinding
met de aarde worden verbonden. In sommige landen waar een directe verbinding is niet is toegestaan, moet de verbinding
echter tot stand worden gebracht door middel van een geschikte, volgens de nationale voorschriften gekozen capaciteit.
Screening en afscherming
Een selectieve screening en afscherming van andere kabels en apparatuur in het omliggende gebied kan interferentieproblemen
verminderen. Screening van de gehele lasinstallatie kan worden overwogen voor speciale toepassingen
Gedeelten van de voorgaande tekst zijn opgenomen in EN 60974-10: "Elektromagnetische compatibiliteit (EMC)-productnorm
1
voor booglasapparatuur."
Elektromagnetische compatibiliteit (EMC)
vii
VEILIGHEID
.
1

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

13142

Inhoudsopgave