Gevaar
Als de motor wordt gestart terwijl de aftakas kan
ronddraaien, ontstaat kans op ernstig letsel.
U mag nooit de motor starten en de aftakashendel
bedienen als de aftakas niet is bevestigd aan de
tandwielkast van het maaidek.
Monteer de grasgeleider
(uitsluitend model 30368)
Waarschuwing
Als een afvoeropening niet is afgesloten, kan het
maaidek voorwerpen in de richting van de
bestuurder of omstanders werpen. Dit kan ernstig
letsel veroorzaken. Daarnaast kunt u ook in
contact komen met het mes.
• Gebruik de maaimachine nooit zonder
afdekplaat, mulchplaat of een grasafvoer en een
grasvanger.
• Controleer of de grasgeleider omlaag staat.
1. Plaats het afstandsstuk en de veer tussen de beugels van
de grasgeleider (Fig. 1). Plaats het linker J-vormige
haakeind van de veer achter de rand van het maaidek.
Opmerking: Zorg ervoor dat het linker J-vormige uiteinde
van de veer is geplaatst achter de rand van het maaidek voordat
u de bout monteert, zoals wordt aangegeven in Figuur 1.
2
6
1
1. Bout
2. Afstandsstuk
3. Borgmoer
4. Veer
5. Veer, gemonteerd
2. Monteer de bout en de moer. Plaats het rechter
J-vormige haakeind van de veer om de grasgeleider
(Fig. 1).
Belangrijk
De grasgeleider moet omlaag in positie
kunnen klappen. Til de grasgeleider omhoog om te
controleren of deze volledig omlaag klapt.
Hefarmen bevestigen aan de
tractie-eenheid
1. Draai aan een kant van de tractie de wielmoeren los
(niet verwijderen) waarmee het wiel en de band samen
zijn bevestigd aan de wieltappen.
2. Krik de machine omhoog totdat het wiel vrij komt van
de grond. Gebruik kriksteunen of plaats blokken om te
voorkomen dat machine per ongeluk valt.
3. Verwijder de wielmoeren en schuif het wiel en de band
van de wieltappen.
4. Monteer een hefarm aan de draaibeugels met een
draaipen en een borgpen (Fig. 2). De uiteinden van de
hefarmen moeten zodanig worden geplaatst dat de
uiteinden naar buiten buigen.
5. Monteer de achterkant van de hefarm aan de hefcilinder
met een de draaipen en (2) borgpennen (geleverd bij de
tractie-eenheid).
6. Haak de contraveer van de rem in de opening van de
hefarm (Fig. 2).
11
7
Figuur 1
6. Grasgeleider
7. Linker haakeind van de
veer, achter de rand van het
maaidek plaatsen alvorens
de bout te monteren.
8. Rechter haakeind van veer
4
8
7
3
8
5