6.3 Een extra warmtebron voor ruimteverwarming in/opstellen
EPGA11~16DAV3(7) + EABH/X16DF6V(7)+9W(7)
Daikin Altherma 3 H W
4P556069-1B – 2021.09
6
Richtlijnen met betrekking tot mogelijke toepassingen
|
Instelling
Afsluiter
Op het mengklepstation
Voordelen
▪
Comfort.
-
De
slimme
aanvoerwatertemperatuur verhogen of verlagen op basis van de werkelijke
kamertemperatuur (aanpassing).
-
De combinatie van de twee warmteafgiftesystemen biedt het excellente
verwarmingscomfort voor de vloerverwarming en tevens het excellente
koelcomfort van de warmtepompconvectoren.
▪
Efficiëntie.
-
Afhankelijk
van
aanvoerwatertemperaturen leveren om aan de gewenste temperatuur van de
verschillende warmteafgevers te voldoen.
-
Vloerverwarming levert de beste prestaties met het warmtepompsysteem.
INFORMATIE
Bivalent is alleen mogelijk in het geval van 1 aanvoerwatertemperatuurzone met:
▪
regeling via een kamerthermostaat, OF
▪
regeling via een externe kamerthermostaat.
▪
Ruimteverwarming kan worden geleverd door:
-
De binnenunit
-
Een op het systeem aangesloten extra (ter plaatse te voorziene) ketel
▪
Al er verwarming wordt aangevraagd, begint de binnenunit of de extra ketel te
werken. Welke van deze units werkt, hangt van de buitentemperatuur af (de
status van de omschakeling naar de externe warmtebron). Als de extra ketel de
toelating krijgt, wordt de ruimteverwarming door de binnenunit UIT-geschakeld.
▪
De bivalente werking is alleen mogelijk als:
-
De ruimteverwarming INgeschakeld is en
-
De werking van de warmtapwatertank UITgeschakeld is
▪
Het warm tapwater wordt altijd door de op de binnenunit aangesloten
warmtapwatertank geproduceerd.
Als de primaire zone tijdens de
koelstand afgesloten moet worden om
geen condensatie op de vloer te
hebben, stel dit dan
dienovereenkomstig in.
Stel de gewenste primaire
aanvoerwatertemperatuur voor
verwarming en/of koeling in.
kamerthermostaatfunctie
de
vraag
zal
Waarde
kan
de
de
binnenunit
verschillende
Uitgebreide handleiding voor de installateur
gewenste
43