8
Strooiwerkzaamheden
8.4
Split of mestgranulaat strooien
Let bij het strooien van split of mestgranulaat op het volgende:
doseerschuif net zo ver openen dat het roerwerk de split of het mestgranulaat
ongehinderd naar buiten kan brengen.
Bij temperaturen onder 0 °C kan vochtig strooimiddel in het reservoir bevriezen
en het roerwerk beschadigen.
Zorg ervoor dat het strooimiddel in het reservoir niet kan bevriezen.
Een gevulde machine niet 's nachts in de openlucht laten staan.
Strooimiddel droog houden.
8.5
Zand, zout of zand-zoutmengsels strooien
Let bij het strooien van zand, zout of zand-zoutmengsel op het volgende:
doseerschuif net zo ver openen dat het roerwerk het strooimiddel ongehin-
derd naar buiten kan brengen.
Door toedoen van de hygroscopische werking van zout de machine enkel met
een afdekzeil gebruiken.
Langdurig achterblijven van zout in het reservoir voorkomen.
8.6
Lossen van de resthoeveelheid
Een reiniging na iedere aanwending van de machine voorkomt afzetting van re-
sidu's op de reservoirbodem. Zodoende vermindert u de slijtage van de roervin-
gers en verhoogt u de gebruiksveiligheid van uw machine.
1. Breng de strooibreedtebeperkingsplaten volledig omhoog.
2. Zet een voldoende grote opvangbak voor de machine om het resterende
strooimiddel op te vangen.
3. Kantel de machine totdat het resterende strooimiddel boven uit het reservoir
loopt.
44
LET OP