langer dan 5 seconden blijft draaien, zal
de accu vlug leeg zijn, waardoor het on-
mogelijk wordt om de motor te starten.
Bovendien kan de starter worden be-
schadigd. Als de motor na 5 seconden
aanzwengelen niet start, zet de hoofd-
schakelaar dan op "
seconden en zwengel de motor op-
nieuw aan.
DMU27670
De motor laten warmdraaien
DMU27681
Modellen met een chokestarter
1.
Na het starten dient u de motor 3 minu-
ten lang in vrijloop te laten draaien om
hem te laten opwarmen. Doet u dat niet,
dan verkort u de levensduur van de mo-
tor. Zet de chokeknop geleidelijk terug in
zijn oorspronkelijke stand naarmate de
motor opwarmt.
2.
Ga na of de koelwatercontrolestraal ge-
lijkmatig stroomt.
DCM00511
OPGELET:
Een continue waterstroom uit de koelwa-
tercontroleopening wijst erop dat de wa-
terpomp
water
koelwatermantels. Als er geen water uit
de opening stroomt wanneer de motor
draait, kunnen oververhitting en ernstige
beschadiging het gevolg zijn. Zet de mo-
tor af en controleer of de koelwaterinlaat
in het huis van het staartstuk of de koel-
watercontroleopening geblokkeerd zijn.
Raadpleeg uw Yamaha-dealer als u het
probleem niet kunt lokaliseren en oplos-
sen.
" (on), wacht 10
pompt
door
DMU27740
DWM00180
WAARSCHUWING
Ga na of er zich geen personen of hinder-
nissen in het water rond de boot bevin-
den, alvorens te schakelen.
DCM00220
OPGELET:
Om de richting van de boot te veranderen
of om van vooruit naar achteruit te scha-
kelen of omgekeerd, moet de gashendel
eerst worden gesloten zodat de motor
stationair draait (of met lage snelheid
draait).
DMU27763
de
Vooruit (modellen met stuurhendel
en afstandsbediening)
Modellen met stuurhendelbediening
1.
Plaats de gasgreep in de volledig geslo-
ten stand.
Werking
Schakelen
ZMU02856
27