Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Danfoss VLT HVAC Basic Drive FC 101 Bedieningshandleiding pagina 56

Verberg thumbnails Zie ook voor VLT HVAC Basic Drive FC 101:
Inhoudsopgave

Advertenties

VLT® HVAC Basic Drive FC 101
Bedieningshandleiding
Parameter
Bereik
Parameter 1-40
10–9000 V
Back EMF at
1000 RPM (Te-
gen-EMK bij
1000 tpm)
Parameter 1-42
0–100 m
Motor Cable
Length (Lengte
motorkabel)
Parameter 1-44
0,000–1000,000 mH
d-axis Induc-
tance Sat.
(LdSat) (Induc-
tantieverzadig-
ing d-as (LdSat)
Parameter 1-45
0,000–1000,000 mH
q-axis Induc-
tance Sat.
(LqSat) (Induc-
tantieverzadig-
ing q-as
(LqSat))
Parameter 1-46
20–200%
Position Detec-
tion Gain (Verst.
positiedetectie)
Parameter 1-48
20–200%
Current at Min
Inductance for
d-axis (Stroom
bij min. induc-
tantie voor d-
as)
Parameter 1-49
20–200%
Current at Min
Inductance for
q-axis (Stroom
bij min. induc-
tantie voor q-
as)
Parameter 1-70
[0] Rotor Detection (Rotordetec-
PM Start Mode
tie)[1] Parking (Parkeren)
(Startmodus
PM)
Parameter 1-73
[0] Disabled (Uitgesch.)[1] Ena-
Flying Start
bled (Ingesch.)
(Vliegende
start)
Parameter 3-41
0,05–3600,0 s
Ramp 1 Ramp
54 | Danfoss A/S © 2019.11
Standaard
Gebruik
Afhankelijk
Lijnspanning (rms-waarde) tegen-EMK bij 1000 tpm.
van grootte
50 m
Voer de lengte van de motorkabel in.
Afhankelijk
Deze parameter komt overeen met de inductantieverzadig-
van grootte
ing van Ld. In het ideale geval heeft deze parameter dezelfde
waarde als parameter 1-37 d-axis Inductance (Ld) (Inductantie
d-as (Ld)). Als de motorfabrikant echter een inductiecurve
heeft vermeld, voert u de inductiewaarde in; dit is 200% van
de nominale waarde.
Afhankelijk
Deze parameter komt overeen met de inductantieverzadig-
van grootte
ing van Lq. In het ideale geval heeft deze parameter dezelfde
waarde als parameter 1-38 q-axis Inductance (Lq) (Inductantie
q-as (Lq)). Als de motorfabrikant echter een inductiecurve
heeft vermeld, voert u de inductiewaarde in; dit is 200% van
de nominale waarde.
100%
Past de hoogte van de testpuls tijdens positiedetectie bij het
starten aan.
Voer het verzadigingspunt van de inductantie in.
100%
Deze parameter specificeert de verzadigingscurve van de d-
100%
en q-inductantiewaarden. Bij een waarde van deze parame-
ter van 20–100% wordt een lineaire benadering van de in-
ductanties toegepast, vanwege parameter 1-37 d-axis Induc-
tance (Ld) (Inductantie d-as (Ld)), parameter 1-38 q-axis Induc-
tance (Lq) (Inductantie q-as (Lq)), parameter 1-44 d-axis Induc-
tance Sat. (LdSat) Inductantieverzadiging d-as (LdSat) en pa-
rameter 1-45 q-axis Inductance Sat. (LqSat) (Inductantieverza-
diging q-as (LqSat)).
[0] Rotor De-
Selecteer de startmodus voor de PM-motor.
tection (Ro-
tordetectie)
[0] Disabled
Selecteer [1] Enabled (Ingesch.) als de frequentieregelaar in
(Uitgesch.)
staat moet zijn een draaiende motor op te vangen.
Afhankelijk
Aanlooptijd vanaf 0 tot de nominale motorfrequentie in pa-
van grootte
rameter 1-23 Motor Frequency.
Programmeren
AQ275641848264nl-000101 / 132R0078

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave