Installatievoorschrift CombinAir
Aansluiting flexibele buis
Aansluiting starre buis
T-stuk Ubbink
Aansluitmof op WP-deel
BASIS TEKENING
P031401.762
07.98.91.953.7_instalvoorsch_CombinAir.indd 25
Flexibele buis (vb. Panflex)
Omsnoeringsband
Isolatie
Aansluitmof op WP-deel
Starre buis
Aansluitmof op WP-deel
BASIS TEKENING
P031401.762
figuur 1
4.3 aanSlUiten bovenzijDe
In de figuur hiernaast, ziet u de aansluitpunten van het toestel
voor de luchttoevoer, luchtafvoer van het warmtepompge-
deelte (WP-deel), de luchttoevoer en rookgasafvoer van het
cv-gedeelte. Deze zitten allemaal aan de bovenzijde van het
toestel.
4.3.1 luchttoevoer en luchtafvoer warmtepompgedeelte
Om het warmtepompgedeelte te laten functioneren moet er
een aansluiting komen met de buitenlucht. Het is de bedoe-
ling dat het warmtepompgedeelte lucht van buiten aanzuigt
en vervolgens weer afvoert naar buiten. Dit gebeurt d.m.v.
van buizen met een inwendige doorsnede van Ø 180 mm.
Deze buizen moeten voldoende geïsoleerd zijn om condens-
vorming te voorkomen.
Daalderop geeft de voorkeur aan:
-
Een flexibele slang van Panflex (thermisch geïsoleerde
slang Ø 180 mm).
-
Een spiralo buis Ø180mm dampdicht geïsoleerd.
De CombinAir moet altijd op een MV-box (mechanische
ventilatie) aangesloten worden. Hierbij kan gebruik gemaakt
worden van een geïsoleerd T-stuk van de fima Ubbink (zie
figuur 1). Ook de dakdoorvoeren moeten voldoende warmte-
isolerend zijn om condensvorming te voorkomen.
Installatie CombinAir | 25
02-11-10 09:16