Inhoudsopgave
Advertenties
7.2
Eerste inbedrijfstelling voltooien
Selecteer "Voltooien" in de checklist om te bevestigen dat de eerste inbedrijfstelling is
doorlopen. Als de instellingen onvolledig zijn, verschijnt het dialoogvenster "De instellingen
zijn onvolledig". Doe in dat geval het volgende:
1.
Druk op "SET". De checklist wordt opnieuw weergegeven.
2.
De open punten bewerken en de handeling afsluiten.
Wanneer alle instellingen zijn verricht, verschijnt het dialoogvenster "Zijn alle instellingen
juist?". Doe in dat geval het volgende:
1.
Moeten instellingen worden gecorrigeerd, dan het overeenkomstige menu in de check-
list selecteren en de instellingen aanpassen.
2.
Wanneer alle instellingen in orde zijn, "SET" lang ingedrukt houden. De omvormer
wordt opnieuw gestart en met het net gesynchroniseerd.
Wanneer de eerste inbedrijfstelling is afgesloten, kan energiebeheer worden ingesteld en
DC worden ingeschakeld (zie sectie 7.4).
Zie voor informatie over speciale instellingen (bijv. verkeerde invoer of ont-
brekende landen in de landinstelling) het document "Technical Information",
dat u van de website van Steca kunt downloaden.
7.3
Energiebeheer instellen
Afhankelijk van het land moeten PV-generators het ingevoerde vermogen reduceren. De
volgende producten zijn geschikt om aan deze wettelijke eis te voldoen:
• StecaGrid SEM
• WEB'log van de firma Meteocontrol
• Solar-Log van de firma Solare Datensysteme
• Energy-Manager van de firma Kiwigrid
In het menupunt "Energiemanagement" worden modus, voedingsregelingen en metertype
ingesteld.
Zie voor gedetailleerde beschrijvingen over de instelling van het energiebe-
heer het document "Technical Information", dat u van de website van Steca
kunt downloaden.
7.3.1
Energiemeter aansluiten
Een energiemeter kan via de Modbus RTU-interface "COM2" op de omvormer worden
aangesloten (zie sectie 4.9.1).
In het menupunt "Mode" kan de functie "Energiemeter" in- of uitgeschakeld worden.
7.3.2
Energiemeter selecteren
De omvormer kan alleen met de geprogrammeerde energiemeter communiceren.
7.3.3
Dynamische invoerwaarde begrenzen
De invoerwaarde (landspecifiek) kan vanaf 0 W oplopend in stappen van 10 W worden in-
gevoerd.
762.885 Z05 2012 coolcept_fleX, coolcept³_fleX
NL
27
Advertenties
Inhoudsopgave
