de OC1 t/m OC3 en relais uitgang op de AlphaBox centrale. Uitgang OC1 op de AlphaBox loopt
gelijktijdig met uitgang 1 van de Input + 8 OC module, uitgang OC2 op de AlphaBox loopt gelijktijdig
met uitgang 2 van de Input + 8 OC module, uitgang OC3 op de AlphaBox loopt gelijktijdig met
uitgang 3 van de Input + 8 OC module en de relais uitgang op de AlphaBox loopt gelijktijdig met
uitgang 4 van de Input + 8 OC module.
Wanneer detectoren vanuit de +12V en 0V van de input + 8 OC module gevoed worden, dan worden
deze detectoren feitelijk direct vanaf de centrale gevoed. De OC uitgangen zijn voorzien van een 27
ohm weerstand. Deze uitgangen zijn bedoeld om bijvoorbeeld LEDs op aan te sluiten. In serie met de
LED dient wel een weerstand van bijvoorbeeld 1 kOhm opgenomen te worden. Theoretisch is het wel
mogelijk om de OC uitgangen te gebruiken om een relais aan te sturen, immers een OC uitgang kan
maximaal 100mA leveren. Echter deze stroom om relais aan te sturen wordt rechtstreeks vanaf de RS-
485 bus betrokken!
Door het kortsluiten van de pinnen JP2 met een jumper kan de sabotage schakelaar overbrugd worden.
Dit wordt vaak gebruikt wanneer een Input + 8OC module in de kast van een I/O module geplaatst
wordt.
►!
De adresinstelling van een Input + 8 OC module is identiek aan die van een I/O module en
wijkt af van die van een bedieningspaneel, zie bijlage F "Uitbreidingsmodules adres
toewijzing".
►!
De Input + 8 OC module wordt via de centrale van spanning voorzien. De totale
stroomafname bestaat uit het eigen verbruik van de print (58 mA) plus het stroomverbruik van
de aangesloten detectoren. Het is belangrijk dat de maximale afstand tot het voedingspunt niet
overschreden wordt.
►!
Open collector uitgangen 5 t/m 8 op de Input + 8 OC module worden niet ondersteund door
de AlphaBox centrale.
I/O module inclusief voeding in kast
De I/O module heeft een zelfstandige spannings- en noodstroomvoorziening. De I/O module is
voorzien van een 3A geschakelde voeding en een accu laadinrichting voor het laden van loodaccu's.
De I/O module wordt dus niet gevoed via de RS-485 bus van de AlphaBox.
Stel de I/O module in op het eerste vrije adres. Zie bijlage F "Uitbreidingsmodule adres toewijzing"
voor de juiste instelling van het adres. De I/O module biedt (net als een Input + 8 OC module) 8 extra
ingangen. Tevens heeft de I/O module 9 uitgangen, namelijk 2 relais (30VDC/750mA), 6 open
collector uitgangen (max. 100mA per uitgang) en één luidspreker (LS) uitgang. In combinatie met de
AlphaBox centrale zijn alleen de 2 relais uitgangen (Alarm 1 en Alarm 2), de eerste 2 open collector
(Output 3 en 4) uitgangen en de luidspreker uitgang te gebruiken. Open collector uitgang 5 t/m 8
worden niet ondersteund door de AlphaBox centrale.
Aansturing van de relais uitgangen (Alarm 1 en Alarm 2) en open collector outputs 3 en 4 van de I/O
module lopen gelijktijdig met de aansturing van de OC1 t/m OC3 en relais uitgang van de AlphaBox
centrale. Dus uitgang OC1 op de AlphaBox loopt gelijktijdig met Alarm 1 van de I/O module, uitgang
OC2 loopt gelijktijdig met Alarm 2 van de I/O module,uitgang OC3 op de AlphaBox loopt gelijktijdig
met (open collector) uitgang 3 op de I/O module, de relais uitgang op de AlphaBox loopt gelijktijdig
met (open collector) uitgang 4 van de I/O module.
De I/O module heeft tevens een luidspreker uitgang (L.S) waar een 4-8 ohm luidspreker op
aangesloten kan worden. De luidspreker uitgang op de I/O module wordt gezien als sirene uitgang op
de AlphaBox centrale. Afhankelijk van de programmering in de AlphaBox zal bij een alarmsituatie de
sirene uitgang aangestuurd worden. Bij brandalarm wordt een afwijkend slow-whoop geluid
gegenereerd.
Bij netspanningsuitval, bij het defect raken van de accu of bij sabotage van de kast, wordt dit door de
centrale opgemerkt en doorgemeld. Op het bedieningspaneel is te zien, welke I/O module het betreft.
Installateurshandleiding AlphaBox
Rev. 1.9
27-11-2008
16