Inhoudsopgave
Advertenties
z
De AF-methode selecteren
Het scherpstellen kan in zeer heldere omstandigheden langer duren of
z
niet juist zijn wanneer de onderwerpen donker zijn of weinig contrast
bevatten.
+volgen
Nadat u de camera op het onderwerp richt, wordt een wit kader
z
weergegeven rond het gezicht van het onderwerp dat de camera
als hoofdonderwerp heeft aangemerkt.
Als er geen gezichten worden herkend wanneer u de camera op
z
mensen richt, worden nadat u de ontspanknop half indrukt groene
kaders weergegeven rond andere gebieden waarop is scherpgesteld.
Bij de volgende onderwerpen worden gezichten mogelijk niet herkend.
z
-
Onderwerpen die ver weg zijn of extreem dichtbij
-
Onderwerpen die donker of licht zijn
-
Gezichten en profil, vanuit een hoek of gedeeltelijk verborgen
De camera kan niet-menselijke onderwerpen identificeren als gezichten.
z
Door op de knop
z
weergegeven en verschijnt er een gezichtskader [
dat wordt gedetecteerd als hoofdonderwerp. Druk nogmaals op
de knop
als u het gezichtskader [
ander gedetecteerd gezicht. Wanneer u alle herkende gezichten bent
langsgegaan, wordt [Gezichtsselectie: uit] weergegeven en wordt de
functie voor gezichtsselectie geannuleerd.
AF Tracking
[AF-werking] wordt ingesteld op [
z
Mogelijk kan de camera het onderwerp niet volgen als dit te klein is,
z
te snel beweegt of als het contrast tussen het onderwerp en de
achtergrond te klein is.
[ ] is niet beschikbaar.
z
Wilt u [
] instellen, druk dan op de knop
z
Het AF-punt verplaatsen
„
Als u de knop
z
naar de oorspronkelijke positie in het midden.
te drukken, wordt [Gezichtsselectie: aan]
ingedrukt houdt, laat u het AF-punt terugkeren
251
] rond het gezicht
] wilt verplaatsen naar een
] en kan niet worden gewijzigd.
en kies [
].
Advertenties
Inhoudsopgave
