Micropilot FMR62B PROFIBUS PA
Afhankelijk van het type poort (DC-voeding, ingangs-/uitgangspoort) worden verschillende
testniveaus conform IEC / DIN EN 61326-1 tegen transiënte overspanningen (surge)
toegepast (IEC / DIN EN 61000-4-5 Surge):
Testniveau op DC-vermogenspoort en ingangs-/uitgangspoorten is 1 000 V lijn naar aarde
Instrumenten met optionele overspanningsbeveiliging
• Vonkspanning: min. 400 V
• Getest conform IEC / DIN EN 60079-14 paragraaf 12.3 (IEC / DIN EN 60060-1 hoofdstuk
7)
• Nominale ontlaadstroom: 10 kA
LET OP
Het instrument kan onherstelbaar beschadigd raken
‣
Altijd het instrument aarden met geïntegreerde overspanningsbeveiliging.
Overspanningscategorie
Overspanningscategorie II
11.2.4
Bedrading
WAARSCHUWING
L
Voedingsspanning kan zijn aangesloten!
Risico van elektrische schokken en/of explosie!
‣
Waarborg, wanneer het instrument wordt gebruikt in een explosiegevaarlijke omgeving,
dat de nationale normen en de specificaties in de veiligheidsinstructies (XA' s ) worden
aangehouden. De gespecificeerde kabelwartel moet worden gebruikt.
‣
De voedingsspanning moet overeenkomen met hetgeen dat is vermeld op de typeplaat.
‣
Schakel de voedingsspanning uit voor aansluiten van het instrument.
‣
Indien nodig kan de potentiaalvereffeningskabel worden aangesloten op de externe
aardklem van het instrument voordat de voedingskabels worden aangesloten.
‣
FISCO/FNICO compatibel conform IEC 60079-27.
‣
De voeding is niet afhankelijk van de polariteit.
‣
De kabels moeten voldoende zijn geaard, waarbij rekening moet worden gehouden met de
voedingsspanning en de overspanningscategorie.
‣
De aansluitkabels moeten voldoende temperatuurstabiliteit hebben, waarbij rekening moet
worden gehouden met de omgevingstemperatuur.
‣
Gebruik het meetinstrument alleen met gesloten deksels.
Sluit het instrument aan in de volgende volgorde:
1.
Maak de dekselvergrendeling los (indien aanwezig).
2.
Schroef het deksel af.
3.
Installeer de kabels in de kabelwartels of kabeldoorvoeren.
4.
Sluit de kabel aan.
5.
Zet de kabelwartels of kabeldoorvoeren goed vast, zodat deze waterdicht zijn. Zet de
behuizingsinvoer vast.
6.
Schroef het deksel weer terug op het aansluitcompartiment.
Endress+Hauser
DC
Elektrische aansluiting
21