9. De menufuncties gebruiken
[Histogram]
Het histogram weergeven.
U kunt de positie instellen door op 3/4/2/1 te drukken.
• Bediening door rechtstreekse aanraking is ook mogelijk vanuit het opnamescherm.
• Een Histogram is een grafiek die helderheid langs de horizontale as (zwart of
wit) en het aantal pixels bij elk helderheidniveau op de verticale as afbeeld.
Hiermee controleert u snel de belichting van een beeld.
A donker
B helder
• Als de opname en het histogram niet samenvallen in de volgende omstandigheden,
wordt het histogram oranje afgebeeld.
– Tijdens de belichtingscompensatie
– Als de flits geactiveerd is
– Als geen correcte belichting verkregen wordt, zoals wanneer er weinig licht is.
• Het histogram is een benadering in de opnamefunctie.
• Het histogram wordt niet weergegeven als [WFM/Vectorbereik] ingesteld is.
[Richtlijnen]
Dit zal het patroon van de richtlijnen instellen dat weergegeven wordt wanneer een foto
genomen wordt.
Als [
] ingesteld is, kunnen de posities van de richtlijnen ingesteld worden door op 3/
4/2/1 te drukken.
• U kunt de positie ook rechtstreeks instellen door [
aan te raken.
[Centrummarkering]
Het midden van het opnamescherm zal weergegeven worden als [+].
[Highlight]
Wanneer de automatische overzichtfunctie geactiveerd is of wanneer u
terugspeelt, verschijnen er witte verzadigde zones die in het zwart en
wit knipperen.
• Als er wit verzadigde zones zijn, raden we aan de belichting naar negatief te compenseren
(P105), onder raadpleging van het histogram
beeld kan zo een betere kwaliteit krijgen.
• Deze functie wordt uitgeschakeld tijdens het afspelen van 6K/4K-foto's, het afspelen van
beelden die opgenomen zijn met de Post Focus-functie, Multi Playback, Calendar afspelen of
Zoom afspelen.
] op de richtlijn van het opnamescherm
(P229)
en het beeld dan opnieuw te maken. Het
229