NL
_______________________________________________________
A) Uitschakeltimer
B) Selectie snelheid
C) Functie Turbo
G) Aanpassing lichtsterkte
Aanpassing lichtkleur
_______________________________________________________
Het apparaat kan iedere aanraking van de knopgebieden detecteren
met behulp van de capacitieve detectiemethode.
_______________________________________________________
Bij het inschakelen staat de eenheid in de uit-modus. Enkel de knop
is verlicht (op lage helderheid). Na het indrukken van de knop
zal de eenheid in Stand-Bymodus gaan en zullen alle knoppen
verlichten met een lage helderheid. De gebruiker kan in Stand-
Bymodus alle functies activeren die door de werklogica zijn
toegestaan. De knop van de actieve functie wordt verlicht met een
hoge helderheid.
Gebruiksaanwijzingen
Bedieningspaneel 6 toetsen
Touch-technologie
Aanschakeling
23