•
Voer de etiketten in met de afdrukzijde naar u toe.
•
Duw de etiketten niet te ver in de printer.
•
Druk de papiergeleider in en schuif deze tegen de linkerzijde van de etiketten.
Opmerking: mogelijk hoeft u de papiergeleider niet te verschuiven als u etiketten met het
formaat Letter gebruikt.
Stap 2: Pas de afdrukinstellingen aan
1
Open het gewenste bestand en klik op Bestand
Het dialoogvenster Afdrukken verschijnt.
2
Klik op Eigenschappen, Voorkeuren of Opties in het dialoogvenster Afdrukken.
3
Geef als volgt de gewenste afdrukkwaliteit op:
a
Klik op de tab Kwaliteit/exemplaren in het dialoogvenster Printereigenschappen.
b
Selecteer Normaal in het gedeelte Kwaliteit/snelheid.
4
Geef als volgt een papiersoort op:
a
Klik op de tab Papierinstellingen in het dialoogvenster Printereigenschappen.
b
Selecteer Normaal papier in het gedeelte Papiersoort.
5
Geef als volgt een papierformaat op:
a
Klik op de tab Papierinstellingen in het dialoogvenster Printereigenschappen.
b
Kies het juiste formaat in het menu Papierformaat. Zie "Afdrukken op papier met
aangepast formaat" op pagina 40 voor meer informatie.
6
Klik op OK.
Afdrukken.
Etiketten afdrukken
26