5. STORINGSCODES
In geval zich er een storing voordoet verschijnt er in het display van het bedieningspaneel een
storingscode. In het linker segment verschijnt afwisselend een letter gevolgd door het nummer van de
brandermodule. De letter is een A voor een vergrendelende storing, of een E voor een blokkerende
storing. De 2 rechter segmenten tonen een storingscode, tabel 9 geeft de betekenis van de diverse
codes. Wanneer er een storing is op meerdere brandermodules dan wisselt het display om de 5
seconden van brandermodule met bijbehorende storingscode.
Vergrendelende storingen worden met behulp van de reset-toets ontgrendeld. Alleen de
brandermodule waarvan de storingscode in het display is weergegeven, wordt op dat moment
ontgrendeld.
tabel 9: storingscodes
vergrendelende storing
code
omschrijving
A01
Geen vlamsignaal aan eind
ontstekingsfase.
A02
- Aanvoertemperatuur loopt niet op na
brander start.
- Aanvoer- en retourtemperatuur liggen
te ver uit elkaar voor de branderstart.
- Retourtemperatuur blijft hoger dan
aanvoertemperatuur na branderstart.
- Verschil tussen aanvoer- en
retourtemperatuur veranderd niet na
branderstart.
A03
Te veel verschil tussen beide
aanvoersensoren.
A05
Fout in gaskleprelais.
A06
Fout in veiligheidsrelais.
A08
Ventilatortoerental wijkt af.
A09
Interne code branderautomaat.
A10
Interne code branderautomaat.
A11
Aanvoertemperatuur > 95°C.
A12
Interne code branderautomaat.
A14
Interne code branderautomaat.
oorzaak, handelingen
- Geen gas.
- Gasvoordruk te laag.
- Gasklep opent niet.
- Gasregelblok te laag afgesteld.
- Ionisatie-elektrode.
- Branderautomaat.
- Geen doorstroming door wisselaar.
- Aanvoer- en retoursensoren zijn verwisseld.
- Slecht contact tussen sensor en leidingdeel.
- Aanvoersensor reageert niet.
- Aanvoer- en retoursensor zijn elektrisch
verbonden met elkaar.
- Slecht contact tussen sensor en leidingdeel.
- Aanvoersensor defect.
- Slecht contact connector op gasregelblok.
- Relais op branderautomaat defect.
- Elektrische voeding met 2 fasen.
- Relais op branderautomaat defect.
Controleer ventilator.
Vervang branderautomaat.
Vervang branderautomaat.
- Geen doorstroming.
- Lucht in leidingen of pomp.
- Serviceafsluiter boven aftapkraan gesloten.
- Pomp defect.
- Warmtewisselaar verkalkt of verstopt.
- Keerklep defect.
- Kortsluiting in aanvoersensor of kabel van
aanvoersensor
Vervang branderautomaat.
Vervang branderautomaat.
15