8. BEVESTIGING VAN HET TOESTEL BINNEN
Controleer of het toestel correct is geïnstalleerd. Bij onjuiste installatie zal het
toestel vallen.
1.
Hang de binnenunit aan de bovenste inkepingen van de muurplaat. Beweeg het toestel van links
naar rechts om de bevestiging te controleren.
2.
Plaats de binnenunit tegen de muurplaat.
3.
Zet de standaard omhoog om de onderkant van de binnenunit van de muur te isoleren.
4.
Plaats de koelmiddelaansluitingen in de montagestandaard. Klem de binnenunit op de twee
onderste haken van de muurplaat, laat hem zakken en duw hem tegen de muur.
Ga in omgekeerde volgorde te werk om de binnenunit te verwijderen.
Haken
Haken
a
a
Muurplaat
Muurplaat
Montagestandaard
b
b
Muurplaat
19