Grondslagen »
Symbolen in deze handleiding
1.
Handelingsaanwijzingen met een bepaalde
volgorde beginnen met een getal.
•
Handelingsaanwijzingen zonder een vaste
volgorde beginnen met een punt.
–
Opsommingen beginnen met een zoge-
naamd koppelteken.
»
Scheidt een hoofdstuk wanneer het hoofdstuk
ondergeschikt is aan het vorige hoofdstuk.
/
Scheidt een hoofdstuk wanneer het hoofd-
stuk niet ondergeschikt is aan het vorige
hoofdstuk.
|
Scheidt een hoofdstuk wanneer het hoofd-
stuk voorrang heeft op het vorige hoofdstuk.
LET OP:
Aanvullende opmerkingen over de hande-
lingsaanwijzingen of voor het gebruik.
» Grondslagen » Symbolen en begrippen » Symbolen in deze handleiding / Begrippen
Symbolen en begrippen
Begrippen
Begrippen met "Nominaal": Nominaal vermogen, nominale
capaciteit enz. zijn constructief vastgelegde waarden. De wer-
kelijke waarden kunnen afhankelijk van de bedrijfsomstandig-
heden afwijken van de nominale waarden.
E-fiets (Pedelec/EPAC): Een E-fiets is een fiets die wordt
ondersteund door een elektrische hulpmotor. Deze soort E-fiet-
sen wordt ook Pedelec (Pedal Electric Cycle) of EPAC (Electric
Power Assisted Cycles) genoemd. Hieronder wordt het begrip
"E-fiets" gebruikt.
Capaciteit: De hoeveelheid elektrische lading in de eenheid "Ah"
wanneer de accu volledig is geladen (zie hoofdstuk "Eenheden").
Laadcyclus: Duidt op de volledige lading van een volledig lege
accu.
Memory-effect: Verwijst naar het vermogensverlies bij accu's
wanneer deze niet volledig worden geladen (niet van toepas-
sing op lithium-ionen-accu's).
Pedaalaandrijving: Samenstel van pedaal, crankarm en ket-
tingwiel.
Temperatuurgrenzen: Minimale en maximale temperatuur
waarbij de betreffende component mag worden gebruikt.
Daarbij kunnen voor een component zowel temperatuurgren-
zen voor de component zelf als ook de omgevingstemperatuur
zijn vermeld.
Trapfrequentie: Aantal omwentelingen van de pedaalaandrij-
ving binnen een seconde in de eenheid "1/s".
13