Aansluiting en Interlock-systemen voor D-Vapor
Voor het gebruik van de D-Vapor
anestheticumverdamper in combinatie met
anesthesieapparatuur zijn er verschillende
aansluitsystemen beschikbaar.
Bij anesthesieapparatuur met verschillende
verdamper-aansluitingen zorgen de verschillende
Interlock-systemen* ervoor dat er slechts één
verdamper op een bepaald moment gebruikt kan
worden, terwijl de andere verdampers in
uitgeschakelde toestand zijn vergrendeld.
Het Interlock-systeem op de verdamper en het
anesthesieapparaat moet goed functioneren.
WAARSCHUWING
Risico op lichamelijk letsel bij de patiënt
Bij een storing van het Interlock-systeem kan
er meer dan één verdamper worden ingescha-
keld. Dit kan leiden tot risico's voor de patiënt
door een overdosering of vermenging van
anesthetica.
De tabs in de twee openingen in de stelwielkap
op de Interlock 2 moeten onbeschadigd zijn.
Zie tevens hoofdstuk "De bedrijfsgereedheid
controleren" op pagina 54 voor meer informa-
tie.
Insteekadapter/insteekaansluiting
De insteekadapter en de insteekaansluiting worden
gebruikt voor het veilige aansluiten en het
gemakkelijk en snel wisselen van de verdamper.
Insteekadapter:
deel van het aansluitsysteem
dat op de verdamper wordt
aangesloten
*
De verschillende Interlock-systemen kunnen niet worden
gecombineerd. De verdamper kan door gespecialiseerd
servicepersoneel worden omgebouwd van het ene sys-
teem op het andere.
Gebruiksaanwijzing D-Vapor/D-Vapor 3000
Insteekaanslui-
deel van het aansluitsysteem
ting:
dat op het anesthesieapparaat
wordt aangesloten
De meeste insteekaansluitingen hebben ventielen
waardoor zelfs versgas kan stromen als de
verdamper niet is aangesloten. Herkenbaar zijn
deze insteekaansluitingen aan de beweeglijke
ventielelementen in de binnenste boorgaten van de
aansluitpennen.
Sommige oudere Vapors met insteekadapter
hebben aan de achterzijde een anestheticumcode,
die door overeenkomstig uitgeruste
anesthesieapparatuur gelezen en weergegeven
wordt (Dräger anesthesieapparaten Cato en
Cicero).
B
C
D
1 Voor het aansluiten/verwijderen van de
verdamper moet het stelwiel op T staan (A) en
de grendel (B) moet in het stelwiel geârreteerd
zijn.
2 De insteekadapter van de verdamper past met
de boorgaten (C) op de pennen van de
insteekaansluiting (D) op het
anesthesieapparaat.
Bedieningsconcept
0
A
31