Figuur 15
1. Ringconnector kabelboom
2. Kabelboomadapter van
aarding
3. Kabelboom
D. Sluit de kabelboomadapter van de voeding
aan op de kabelboom
E. Sluit de kabelboomadapter van de voeding
en de kabelboomadapter van de aarding
aan op de kabelboom van de adapterset
voor het contactpunt van 12 V.
4. Sluit de accu aan en laat de laadbak zakken;
raadpleeg de Gebruikershandleiding.
g035781
4. Kabelboomadapter van
voeding
5. Adapterset voor
contactpunt van 12 V.
(Figuur
15).
Algemeen overzicht
van de machine
Bedieningsorganen
Schakelbord
Ruitenwisserschakelaar
Druk bovenaan de schakelaar om de ruitenwissers in
te schakelen
(Figuur
1. Ruitenwisserschakelaar
Lichtschakelaar
Druk op de verlichtingsplaat om het licht in te
schakelen
(Figuur
16).
Ruitvergrendeling
Til de vergrendelingen op om de voorruit te openen
(Figuur
17). Druk op de vergrendeling om de ruit
in de geopende stand te vergrendelen. Trek de
vergrendeling uit en omlaag om de ruit te sluiten en
vast te zetten.
1. Ruitvergrendeling
12
16).
Figuur 16
2. Lichtschakelaar
g026672
Figuur 17
g026274
g026672