Onderhoudsschema raadplegen
Raadpleeg het Aanbevolen onderhoudsschema, blz. 12. Het
kan nodig zijn een of meer extra procedures uit te voeren
voordat u de maaimachine in gebruik neemt, of spoedig
daarna.
Gebruiksaanwijzing
Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie
de linker- en rechterzijde van de machine.
Telkens voordat u gaat maaien, moet u controleren of de
bedieningsstang van het mes goed werkt. Als u de
bedieningsstang loslaat moeten motor en zelfaandrijving
stoppen. Doen ze dat niet, dan moet u contact opnemen met
een erkende Service Dealer.
Bedieningsorganen
De starterhandgreep en de bedieningsstang van het maaimes
zitten aan de handgreep, zoals te zien in Figuur 9.
1
3
Figuur 9
1. Bedieningsstang
maaimessen
Motor starten
1. Sluit de bougiekabel aan op de bougie (Fig. 10).
Figuur 10
1. Bougiekabel
2. Druk de hulpstartknop driemaal in, steeds met een
seconde wachttijd daartussen (Fig. 11).
2
m-5702
2. Handgreep
3. Handgreep startkoord
1
1002
1
Figuur 11
1. Hulpstartknop
Opmerking: Als de temperatuur 13 C of lager is, druk dan
de hulpstartknop vijf maal in, met steeds een seconde
daartussen.
Opmerking: Gebruik de hulpstartknop niet om een warme
motor die maar kort heeft uitgestaan weer te starten. Bij
koud weer kan echter gebruik van de hulpstartknop ook in
die situatie nodig zijn.
3. Houd de bedieningsstang van het maaimes tegen de
handgreep (Fig. 9).
4. Trek de starthandgreep langzaam uit totdat u weerstand
voelt, daarna krachtig uittrekken (Fig. 9). Laat het
koord langzaam naar de handgreep terugkeren.
Opmerking: Laat de motor tenminste één minuut
warmdraaien; langer bij lagere temperaturen.
Opmerking: Wil de motor na 3 pogingen niet starten,
herhaal dan de stappen 2 tot en met 4.
Motor afzetten
Laat de bedieningsstang van de maaimessen los. Zowel de
motor als het mes moet nu stoppen. Doen ze dat niet, neem
dan contact op met een erkende Service Dealer.
Maaihoogte instellen
1. Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende delen
tot stilstand gekomen zijn.
2. Druk de rode knop omlaag en houd de maaihoogte-
hendel vast om de maaihoogte omhoog of omlaag in te
stellen (Fig. 12).
Figuur 12
1. Maaihoogtehendel
9
m-3855
1
2
2. Rode knop