menu-instellingen
opname-opties
Wanneer de capaciteit van de HDD vol is, kunt u instellen of u stopt met opnemen of begint met overschrijven.
menu > opnemen > opnamemogelijkheden
• Mod. Einde sch : Selecteer een zich herhalend type opname voor HDD.
- Overschrijven : Als de HDD vol is, overschrijft dit de bestaande gegevens en gaat door met opnemen.
- Stop : Als de HDD vol is, dan stopt deze automatisch met opnemen.
• Piep einde sch. : Als u <stop> selecteert als eindmodus van de schijf, wordt deze toets actief. Geef het
gebruik van de piep op wanneer de HDD-opname eindigt.
Als u dit aanvinkt, klinkt er een piep wanneer de schijf vol is en de opname stopt.
• Autom. verw. : Als u deze optie inschakelt, wordt het veld met de periodelijst actief. Geef de periode aan om
gegevens eerder dan de aangegeven datum te verwijderen. U kunt echter zoeken naar gegevens vanaf de
huidige tijd tot de geselecteerde datum.
Als u <Overschrijven> heeft geselecteerd als methode om de opname te stoppen, is de knop ingeschakeld.
`
U kunt een kanaal selecteren en een verschillende opnameduur voor elk kanaal instellen.
`
• Op CH toepass. : Als u <op ch toepass.> selecteert, wordt een dialoogvenster ter bevestiging geopend.
Selecteer een kanaal voor het toepassen van de toepasselijke instellingen en druk dan op <ok>. De
instellingen worden op het geselecteerde kanaal toegepast.
Als u op <OK> drukt wanneer u klaar bent met de instellingen, wordt alle bestaande gegevens eerder dan de aangegeven
`
J
periode automatisch verwijderd. Het is dus aan te raden om een back-up van de vorige gegevens te maken indien nodig voor
later gebruik.
42_ menu-instellingen
de geBeurtenis instellen
U kunt de instellingen aanpassen voor het opnemen in geval van sensordetectie, cameragebeurtenis of detectie van
videoverlies.
sensordetectie
U kunt de werking van de sensor en de verbonden camera instellen, evenals de alarmuitgang en de duur.
menu > geb. > sensordetectie
• Pas toe op sensors : Als u <Pas toe op sensors> selecteert, zal het venster "Pas toe op sensors"
verschijnen ter bevestiging.
Na het selecteren van kanalen waarop de instellingen worden toegepast, klikt u op <ok> om deze toe te
passen op de geselecteerde kanalen.
• Status : Hiermee wordt de werking van sensoren ingesteld.
- <n.o (normaal open)> : Sensor is geopend. Als de sensor gesloten is, genereert deze een alarm.
- <n.c (normaal gesloten)> : Sensor is gesloten. Als de sensor open is, genereert deze een alarm.
• Cam : Selecteer een kanaal dat wordt verbonden met de sensor.
Als camera wordt geselecteerd, dan verschijnt het venster "Voorinstell. cam instll".
Selecteer een kanaal en stel de voorafinstelling in.
Voorafinstelling instellen kan in de PTZ-modus worden gedaan.
`
• Alarmuitgang : Hiermee stelt u de de alarmuitvoermethode in.
Voor alarm Uitvoer raadpleegt u de pagina "HDD-alarminstellingen" onder "Menu-Instellingen > Het apparaat instellen" in
`
de inhoudsopgave.
• Duur v. alarm : Hiermee stelt u de alarmduur in voor het alarmsignaal en alarmgeluid.
Als u de <Camera>-tab selecteert, kunt u de werking instellen van de sensor van de netwerkcamera aangesloten op elk
`
M
kanaal.
Als de aangesloten netwerkcamera waarvan de alarm-in/uit-instellingen geconfigureerd zijn, een alarm activeert, zal de NVR
`
zorgen voor de alarmuitgang.