Voordat u contact opneemt met een service centrum
Controleer het volgende
De camera gaat niet aan
åDe capaciteit van de batterij is laag
à Plaats nieuwe batterijen. (p.12)
åPlaats de batterijen in de juiste richting met omgekeerde polariteit.
à Plaats de batterij in overeenstemming met de
polariteitsmarkeringen (+, -).
De stroomvoorziening van de camera valt weg terwijl deze in gebruik is
åDe batterij is uitgeput
à Plaats nieuwe batterijen.
åDe camera gaat automatisch uit
à Schakel de camera weer in
De batterij loopt snel leeg
åDe camera wordt gebruikt bij lage temperaturen
à Zorg ervoor dat de camera warm blijft (bijvoorbeeld in uw binnenzak)
en haal deze alleen te voorschijn om opnamen te maken.
[72] _ AFSPELEN
De camera maakt geen opnamen als u de sluiterknop indrukt
åEr is onvoldoende geheugencapaciteit
à Verwijder onnodige opnamebestanden
åDe geheugenkaart is niet geformatteerd
à Formatteer de geheugenkaart (p.46)
åDe geheugenkaart is uitgeput
à Steek een nieuwe geheugenkaart in
åDe geheugenkaart is beveiligd
à Zie de foutmelding [Kaart beveiligd!]
åDe camera staat uit
à Zet de camera aan
åDe batterij is uitgeput
à Plaats nieuwe batterijen. (p.12)
åPlaats de batterijen in de juiste richting met omgekeerde polariteit.
à Plaats de batterij in overeenstemming met de polariteitsmarkeringen
(+, -).
De camera stopt plotseling terwijl deze in gebruik is
åDe camera is gestopt als gevolg van een storing
à Verwijder de batterijen en plaats deze opnieuw en schakel daarna de
camera opnieuw in
De foto's zijn wazig
åEr is een foto van een onderwerp gemaakt zonder dat een juiste macro-
modus is ingesteld
à Selecteer een geschikte macromodus voor het maken van een du-
idelijke opname.
åEen foto buiten het bereik van de flitser maken
à Maak een foto binnen het bereik van de flitser
åDe lens is smoezelig of vuil
à Maak de lens schoon