Klimaatklasse
De op het typeplaatje aangegeven klimaatklasse toont de omgevingstemperatuur en vochtigheid waarbij dit apparaat is getest ten behoeve van
het vaststellen van waarden in lijn met Europese normen.
Klimaatklasse
4
5
Algemene veiligheid
-
Bewaar geen explosieve stoffen zoals spuitbussen met een brandbaar drijfgas in dit apparaat.
-
Houd alle ventilatieopeningen van het apparaat of in de constructie van een inbouwunit vrij
van obstakels.
-
Gebruik geen elektrische apparaten in het bewaarcompartiment.
-
Gebruik geen stoomreinigers, hogedrukreinigers of andere waterstralen/-sproeiers op of rond
het apparaat.
-
Het apparaat is luchtdicht afgesloten als de deur dicht is. Daarom is het te allen tijde streng
verboden levende wezens op te bergen of 'op te sluiten' in het apparaat.
-
Dit apparaat is zwaar. Bij het verplaatsen van het apparaat moet voorzichtig te werk worden
gegaan en moeten de juiste veilige praktijken worden gevolgd. Het apparaat mag niet worden
verplaatst over een oneffen vloer.
-
Het geluidsemissieniveau van dit apparaat bedraagt niet meer dan 70 dB(A).
-
Om de stabiliteit te waarborgen, moet het apparaat op een vlakke, effen ondergrond staan en
correct geladen zijn.
-
Gebruik geen mechanische hulpmiddelen om het ontdooiproces te versnellen.
-
Zorg ervoor dat u het koelcircuit en/of -systeem niet beschadigt.
-
Indien de voedingskabel is beschadigd, moet deze worden vervangen door de fabrikant,
een servicemonteur van de fabrikant of een vergelijkbaar gekwalificeerd persoon om gevaarlijke
situaties te voorkomen.
-
Langdurig contact tussen onbedekte lichaamsdelen en koude oppervlakken moet worden
vermeden. Zorg dat altijd de juiste persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM) worden
gedragen.
Afvoervoorschriften
Dit apparaat bevat onderdelen en materialen die schadelijk kunnen zijn voor het milieu indien ze
niet op de juiste wijze worden verwijderd. Dit apparaat moet worden afgevoerd door een erkende
afvalverwerker, overeenkomstig de nationale wetten en voorschriften die op dat moment van
kracht kunnen zijn.
Elektrische veiligheid
Deze apparatuur moet worden aangesloten op een elektrische voeding die wordt beschermd
door een aardlekschakelaar (RCD). Dit kan een contactdoos zijn die beschermd is met
een reststroomonderbreker (RCCB), of via een reststroomonderbreker met ingebouwde
overstroombeveiliging (RCBO).
Als de zekering moet worden vervangen, moet de waarde van de vervangende zekering
overeenkomen met de waarde die vermeld staat op het etiket met het serienummer van het
apparaat.
4
Temperatuur
Relatieve vochtigheid
30 ˚C
40 ˚C
55%
40%
www.fosterrefrigerator.com | Xtra Cabinet - Servicehandleiding