Plaatsen met explosiegevaar worden vaak, maar niet altijd,
duidelijk aangegeven. Het gaat onder andere om
scheepsruimen, chemische overslag- of opslagplaatsen,
voertuigen die gebruikmaken van LPG (onder andere propaan
of butaan) en gebieden waar de lucht chemicaliën of fijne
deeltjes van bijvoorbeeld graan, stof of metaaldeeltjes bevat.
Alarmnummer kiezen
Belangrijk: Draadloze telefoons zoals dit apparaat
maken gebruik van radiosignalen, draadloze netwerken,
kabelnetwerken en door de gebruiker geprogrammeerde
functies. Hierdoor kunnen verbindingen niet onder alle
omstandigheden worden gegarandeerd. U moet nooit alleen
vertrouwen op een draadloze telefoon voor het tot stand
brengen van essentiële communicatie, bijvoorbeeld bij
medische noodgevallen.
Een alarmnummer kiezen:
1
Schakel het apparaat in als dat nog niet is gebeurd.
Controleer of de signaalontvangst voldoende is.
In sommige netwerken kan een geldige, correct geplaatste
SIM-kaart noodzakelijk zijn.
2
Druk zo vaak als nodig is op de End-toets om het scherm
leeg te maken en het apparaat gereed te maken voor een
oproep.
3
Toets het alarmnummer in voor het gebied waar u zich
bevindt. Alarmnummers verschillen per locatie.
4
Druk op de beltoets.
134
Als u bepaalde functies gebruikt, is het mogelijk dat u deze
functies eerst moet uitschakelen voordat u een alarmnummer
kunt kiezen. Als het apparaat in het profiel Offline of Vlucht
staat, moet u het profiel wijzigen om de telefoonfunctie te
activeren voordat u een alarmnummer kunt kiezen. Raadpleeg
deze handleiding of uw serviceprovider voor meer informatie.
Geef alle noodzakelijke informatie zo nauwkeurig mogelijk op,
wanneer u een alarmnummer belt. Uw draadloze apparaat is
mogelijk het enige communicatiemiddel op de plaats van een
ongeluk. Beëindig het gesprek pas wanneer u daarvoor
toestemming hebt gekregen.
Informatie over certificatie (SAR)
DIT MOBIELE APPARAAT VOLDOET AAN RICHTLIJNEN VOOR
BLOOTSTELLING AAN RADIOGOLVEN.
Dit mobiele apparaat is een radiozender en -ontvanger. Het is
zo ontworpen dat de grenzen voor blootstelling aan
radiogolven die worden aanbevolen door internationale
richtlijnen niet worden overschreden. Deze richtlijnen zijn
ontwikkeld door de onafhankelijke wetenschappelijke
organisatie ICNIRP, en bevatten veiligheidsmarges om de
veiligheid van alle personen te waarborgen, ongeacht hun
leeftijd en gezondheidstoestand.
De blootstellingsrichtlijnen voor mobiele apparatuur worden
uitgedrukt in de maateenheid SAR (Specific Absorption Rate).
De SAR-limiet in de richtlijnen van het ICNIRP is 2,0 W/kg
(watt/kilogram) gemiddeld over tien gram lichaamsweefsel. Bij
tests voor SAR worden de standaardposities gebruikt, waarbij
het apparaat in alle gemeten frequentiebanden het hoogst