De telefoon
Symbolen
Symbool Beschrijving
Toont de sterkte van het
ontvangstsignaal. Hoe meer staafjes,
hoe sterker het signaal.
Verschijnt wanneer u het alarm hebt
ingesteld.
Verschijnt wanneer de infraroodpoort
geactiveerd is. Zie pagina 146 voor
meer informatie.
Verschijnt wanneer u buiten bereik van
uw eigen netwerk bent en bent
aangemeld bij een ander netwerk,
bijvoorbeeld in het buitenland.
Verschijnt wanneer een nieuw
tekstbericht is binnengekomen.
Verschijnt wanneer een nieuw
voicemailbericht is binnengekomen.
Verschijnt wanneer een nieuw MMS-
bericht is binnengekomen.
Verschijnt tijdens een gesprek.
Verschijnt als u zich buiten het
servicegebied bevindt. Als dit symbool
wordt getoond, kunt u niet bellen en
geen oproepen beantwoorden.
Verschijnt wanneer u verbinding hebt
met het GPRS-netwerk.
14
Symbool Beschrijving
(vervolg)
Verschijnt wanneer de stille stand
aanstaat of wanneer u de menuoptie
Type belsignaal zo hebt ingesteld dat
de telefoon trilt wanneer u een oproep
ontvangt. Zie respectievelijk pagina 29
en pagina 103 voor meer informatie.
Verschijnt wanneer u de microfoon hebt
uitgeschakeld.
Toont de batterijstatus. Hoe meer
staafjes, hoe voller de batterij.
Verlichting
De achtergrond van het display en het toetsenbord
is verlicht. Als u op een toets drukt of het klepje
opent, gaat de verlichting aan en blijft deze
gedurende een bepaalde tijd aan, afhankelijk van
de instellingen in het menu Verlichting. Als u geen
toetsen indrukt, wordt het display na een minuut
uitgeschakeld om stroom te besparen.
Met het menu Verlichting kunt u instellen hoe lang
de verlichting aan blijft. Zie pagina 149 voor meer
informatie.
De telefoon
15