Organizer
2. Geef de tijd op waarop het alarm moet afgaan.
Opmerking: de telefoon gebruikt een tijdnotatie
met 24 uur. Zie pagina 131 voor meer informatie
over het wijzigen van de tijdnotatie.
Druk op de functietoets Opties als u de opties
voor het alarm wilt gebruiken. De volgende
opties zijn beschikbaar:
• Alarm uitzetten: hiermee wordt een
ingesteld alarm uitgeschakeld.
• Alarmmelodie instellen: hiermee selecteert
u de alarmmelodie.
3. Druk op de toets
.
4. Selecteer zo nodig am of pm en druk op de
functietoets Kies of op de toets
5. Als u in stap 1 Wekker selecteert, moet u
vervolgens instellen of u de wekker Maandag
tot vrijdag of Maandag tot zaterdag wilt
laten afgaan. Maak een keuze en druk op de
functietoets Kies of op de toets
Als u een afgaand alarm wilt stoppen, drukt u op de
functietoets Afsluiten, een van de volumetoetsen,
de toets C, de toets Camera of de toets
Alarm uitzetten: hiermee wordt alle ingestelde
alarmen uitgeschakeld.
Autopower: als u deze optie instelt op Activeren,
gaat het alarm af op de opgegeven tijd, zelfs als de
telefoon uitstaat.
Als u deze optie instelt op Uitzetten, gaat het
alarm niet af als de telefoon op het opgegeven
tijdstip niet is ingeschakeld.
126
.
.
.
Agenda
Met de functie Agenda kunt u:
• De agenda bekijken om uw agendaregels te
raadplegen.
• Agendaregels schrijven om uw afspraken bij te
houden.
• Een alarm instellen als herinnering.
De agenda bekijken
Als u het menu Agenda selecteert, ziet u een
kalender. Hierin is de huidige datum gemarkeerd.
Als u op de functietoets Opties drukt, zijn de
volgende opties beschikbaar:
Alles zoeken: alle agendaregels worden getoond,
te beginnen met de oudste. U kunt door de regels
lopen met behulp van de toetsen Omhoog en
Omlaag.
Alles wissen: hiermee kunt u alle agendaregels
verwijderen. U wordt om een bevestiging gevraagd.
Ga naar datum: hiermee gaat u naar een bepaalde
datum.
Afsluiten: hiermee verlaat u de agendafunctie en
gaat u terug naar de standby-stand.
Organizer
127