-
P R O N T O
I N S TA L L AT I E H A N D L E I D I N G
!Tip
Bij het openen van de gasklep gaat de motor draaien; dit is hoorbaar.
Als de hoofdbrander niet brandt, dan:
➠
Controleer of knop A op het gasregelblok in de ON stand staat.
➠
Controleer of de ruimte rond de waakvlam vrij is.
➠
Controleer de plaatsing van de houtset.
➠
Verhelp eventueel bovenstaande fouten.
➠
Test de hoofdbrander 5x op de goede werking.
8.4 Vlambeeld
Het vlambeeld kan pas echt beoordeeld worden als het toestel meerdere uren heeft gebrand. Vluchtige componen-
ten uit verf, materialen e.d., die de eerste uren uitdampen, beïnvloeden het vlambeeld.
➠
Controleer het vlambeeld.
Als het vlambeeld niet acceptabel is, kan dat te wijten zijn aan:
- het uitdampen van vluchtige stoffen;
- het niet goed aanbrengen van de houtset.
➠
Verbeter eventueel de opstelling van de houtset
9.
Onderhoud
Het toestel dient eenmaal per jaar door een vakbekwame installateur op het gebied van gas sfeerverwarming gecon-
troleerd, gereinigd en eventueel gerepareerd te worden.
In ieder geval dient de goede en veilige werking van het toestel gecontroleerd te worden.
Let op - Sluit de gaskraan tijdens onderhoudswerkzaamheden;
- Controleer de gasdichtheid na reparatie;
- Na vervanging van het thermokoppel draait u de wartel van het gasregelblok eerst handvast aan en daarna nog
een kwartslag met een passende sleutel.
➠
Reinig, indien nodig, de onderstaande componenten:
- de waakvlambrander;
- de ruimte rondom de waakvlambrander;
- de ruiten.
!Let op - Verwijder/plaats de ruiten zoals beschreven in paragraaf 6.9.
- Verwijder de aanslag op de binnenkant van de ruiten met een vochtige doek of een niet-krassend reinigingsmiddel
zoals koperpoets;
- Vermijd/verwijder vingerafdrukken op de ruiten omdat deze inbranden
- Vervang een gebroken en/of gescheurde ruit zoals beschreven in paragraaf 6.9.
Let op Plaats zo nodig de houtset correct terug; zie hiervoor paragraaf 6.8.
➠
Inspecteer het verbrandingsgasafvoer- / verbrandingsluchttoevoersysteem.
➠
Voer een controle uit zoals beschreven in hoofdstuk 8.
10. Oplevering
U dient de gebruiker vertrouwd te maken met het toestel. U dient haar/hem te instrueren over onder meer de inge-
bruikname, de werking en de afstandsbediening, het jaarlijkse onderhoud.
Let op - Laat de gebruiker bij storingen/slecht functioneren onmiddellijk de gaskraan sluiten en contact opnemen met de
installateur ter voorkoming van onveilige situaties;
- Wijs de gaskraan aan.
➠
Instrueer de gebruiker over het toestel en de afstandsbediening.
➠
Wijs er bij ingebruikname op, dat
- bij de eerste keer stoken vluchtige componenten uitdampen uit verf, materialen e.d.;
- bij het uitdampen het toestel bij voorkeur op de hoogste stand wordt gezet;
- de ruimte goed wordt geventileerd.
Overhandig de gebruiker de gebruikershandleiding én de installatiehandleiding (de installatiehandleiding dient bij
het toestel bewaard te blijven).
95901302NL Install_G20.indd 17
95901302NL Install_G20.indd 17
17
NL
2-2-10 14:19
2-2-10 14:19