M6
De instellingen - Starthoogte
U kunt op de M6 twee verschillende starthoogten instellen.
Starthoogte 1 kan bijv. uw starthoogte thuis zijn.
Starthoogte 2 kan de starthoogte op uw vakantieadres zijn.
Na invoer van de starthoogte kunt u voor elke rit de gemeten
huidige hoogte snel en eenvoudig opnieuw kalibreren naar de
starthoogte.
Over opnieuw kalibreren gesproken:
voor elke rit moet u opnieuw kalibreren.
De huidige luchtdruk wordt gemeten door de M6 en
omgerekend naar een hoogteweergave. Afhankelijk van
het weer verandert de luchtdruk dagelijks. Dat leidt tot een
voortdurend veranderende huidige hoogteweergave.
Uw starthoogte is echter niet veranderd.
Door opnieuw te kalibreren wordt de huidige gemeten lucht-
druk teruggerekend naar de ingestelde starthoogte. Na het
opnieuw kalibreren komt de huidige hoogte dan weer overeen
met de ingestelde starthoogte. Nu kunt u gaan rijden.
Zo stelt u de starthoogten in:
Houd de SET-knop ingedrukt tot het instelmenu opent.
Met de BIKE-knop bladert u van Memory naar instelling.
De instelling opent u met de SET-knop.
Op het scherm verschijnt „Language".
Met de BIKE-knop bladert u naar de instelling voor de
starthoogte.
Met de SET-knop opent u de instelling voor de Starthoogte.
Met de BIKE- of TPC-knop selecteert u Hoogte 1 of
Hoogte 2.
Met de SET-knop opent u de instelling.
Met de BIKE-knop verhoogt u de waarde voor de
starthoogte.
Met de TPC-knop verlaagt u de waarde voor de starthoogte.
36