CattronControl™ LRC-M1 en LRC-L1
Gebruikershandleiding
Sub-adressering Operationele procedure
1. Zorg ervoor dat de batterij voldoende is opgeladen.
2. Controleer of de OCU in goede staat verkeerd.
3. Selecteer het gewenste Sub-adres TransKeys die afgestemd is op de te bedienen machines. Plaats
deze TransKeys in de TransKey houders aan de linker- en rechterkant van de OCU.
4. Schakel de sub-adres keuzeschakelaars in de UIT-stand.
5. Zorg ervoor dat de bedieningshendels in de neutrale stand staan; bedieningselementen in de
uitgeschakelde neutrale stand voorkomen dat het systeem start.
6. Zorg ervoor dat de Noodstopschakelaar is vrijgegeven.
7. Zorg ervoor dat de Toets/AAN/UIT-schakelaar AAN staat.
8. De status-LED moet nu groen knipperen; echter, als D-TDMA in gebruik is, geeft de status-LED elke
seconde twee snelle oranje flitsen totdat de OCU een vrije TDMA-sleuf vindt en zich vergrendelt.
Over het algemeen duurt dit minder dan een paar seconden. De LED knippert daarna groen.
Wanneer de status-LED rood knippert of helemaal niet knippert, raadpleeg dan Hoofdstuk 9:
Probleemoplossing
9. Houd de resetknop ingedrukt totdat alle machines worden gereset zoals aangegeven door hun
individuele statuslampjes (een zichtbare lamp op de machine die aangeeft dat deze is ingeschakeld
en gereset, en klaar is voor gebruik). Dit neemt ongeveer 5 seconden in beslag.
10. Schakel elk van de sub-adres keuzeschakelaars een voor een in en test een basisfunctie (zoals een
Claxon) om ervoor te zorgen dat de vereiste en verwachte machine wordt bediend. Wanneer dit is
afgerond en alle machines zijn geverifieerd, kan de vereiste selectie van machines worden uitgevoerd
en kan de bewerking worden gestart.
Deselectie van elke machine is op elk moment mogelijk door de tuimerschakelaar van het sub-adres uit te
schakelen.
Het verwijderen van een willekeurig sub-adres TransKey schakelt die machine binnen vijf seconden uit. Een
alternatieve sleutel kan worden ingevoerd zonder de OCU uit te schakelen, maar de reset-schakelaar zou
opnieuw ingedrukt moeten worden om die machine te registreren, waarna opnieuw moet worden geverifieerd dat
de juiste machine is geactiveerd.
5.10 D-TDMA
TDMA is een optionele functie waarmee veel systemen op dezelfde frequentie kunnen functioneren, hetzij om het
aantal benodigde RF-licenties op een grote werkplaats te minimaliseren of om een systeem te implementeren
waarbij veel OCU's op dezelfde frequentie moeten zijn.
Het is mogelijk om MCU's zowel TDMA als frequentiescanning te laten gebruiken bij het implementeren van een
groot of complex systeem met veel MCU's.
Naarmate meer TDMA-slots aan een frequentie worden toegewezen, wordt de systeemrespons op een wijziging
van een schakelaar langzamer, dus is een evenwicht tussen toegewezen TDMA-slots en vereiste reactietijden
nodig.
9M02-7634-A001-NL
Versie 3.1
20