HANDLEIDING
Werking
+
Half-automatische modus
De melder moet met behulp van een toets elke keer "ontgrendeld" worden voor het inschakelen.
Pas na bediening van deze toets wordt de verlichting ingeschakeld. Het uitschakelen van de
verlichting verloopt op dezelfde manier als bij de volautomatische modus.
Werking
PD-FLAT 360i/6 mini DALI
PD-C 360i/8 mini DALI
Klantspecifieke instelling
Programmeermodus openen
De melder bevindt zich in de programmeermodus.
LED-indicatie: De blauwe LED brandt continu en de verlichting is permanent
ingeschakeld.
Modus vol- / halfautomatisch
De verlichting kan in vol- en halfautomatische modus worden geregeld.
Volautomatisch: Afhankelijk van de ingestelde lux-waarde en of beweging
wordt gedetecteerd, wordt de verlichting ingeschakeld. Als geen beweging meer
wordt gedetecteerd, gaat de vooraf ingestelde nalooptijd in. Naar wens kan de
actieve toestand met de externe toets "S" worden gewijzigd.
LED-indicatie: De blauwe LED knippert 3 keer.
Programmeermodus afsluiten
De instelde parameters worden opgeslagen op de melder.
LED-indicatie: De blauwe LED wordt uitgeschakeld.
Dimmen
Door het indrukken van de dimmerknop begint de melder de aangesloten
verlichting te dimmen. Als de gewenste waarde is bereikt, kan deze door middel
van de "oogtoets" worden vastgelegd.
Klantspecifieke instelling
Programmeermodus openen
De melder bevindt zich in de programmeermodus.
LED-indicatie: De blauwe LED brandt continu en de verlichting is permanent
ingeschakeld.
Modus vol- / halfautomatisch
De verlichting kan in vol- en halfautomatische modus worden geregeld.
Halfautomatisch: De inschakeling van de verlichting vindt plaats via de externe
toets "S". De verlichting blijft ingeschakeld zolang beweging wordt gedetecteerd en
de instelwaarde voor de helderheid hoger is dan de vooraf ingestelde lux-waarde.
LED-indicatie: De blauwe LED is gedurende ca. 2 sec. uitgeschakeld.
NL
13 / 20