21
|
Configuratie
21 Configuratie
21.1 Lokale instelling
(1)
Lokale instellingen worden als volgt gedefinieerd:
• M: Standnummer – Eerste cijfer: voor groep units – Cijfer tussen haakjes: voor afzonderlijke unit
• SW: Nummer instelling
• —: Waardenummer
•
: Standaard
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker
78
Voer de volgende lokale instellingen uit in overeenstemming met de echte
installatie en met de behoeften van de gebruiker:
▪
Stand hoger luchtdebiet
▪
Luchtvolume bij uitgeschakelde thermostaatregeling
▪
Tijd om filter te reinigen
▪
Selectie thermostaatsensor
▪
Omschakeling thermostaatdifferentieel (als remote sensor wordt gebruikt)
▪
Differentieel voor automatische omschakeling
▪
Automatisch herstarten na stroomonderbreking
▪
Instelling T1/T2-input
INFORMATIE
▪
Sommige lokale instellingen kunnen veranderen wanneer u op de binnenunit
optionele accessoires aansluit. Voor meer informatie, zie de montagehandleiding
van het optionele accessoire.
▪
De volgende instelling is alleen van toepassing bij gebruik van de
gebruikersinterface BRC1H52*. Zie de montagehandleiding of servicehandleiding
van de gebruikersinterface wanneer een andere gebruikersinterface wordt
gebruikt.
Instelling: Stand hoger luchtdebiet
Deze instelling moet overeenstemmen met de behoeften van de gebruiker. Het
ingestelde luchtdebiet (HOOG en LAAG) kan lokaal worden verhoogd. Verander het
cijfer (—) zoals aangegeven in de volgende tabel.
Voor een ... luchtdebiet
Standaard
Licht verhoogd
Verhoogd
Instelling: Luchtvolume bij uitgeschakelde thermostaatregeling
Deze instelling moet overeenstemmen met de behoeften van de gebruiker. Zij
bepaalt de ventilatorsnelheid van de binnenunit bij thermostaat UIT.
1 Als u de ventilatoren op werking hebt ingesteld, stel dan ook de
luchtvolumesnelheid in:
(1)
Dan
M
SW
13 (23)
0
FXAA15~63AUV1B
VRV-systeemairconditioner
4P622295-1B – 2022.02
—
01
02
03