10
|
Onderhoud en service
10 Onderhoud en service
10.1 Voorzorgsmaatregelen voor onderhoud en service
10.2 Unit reinigen
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker
32
VOORZICHTIG
Zie
"4 Veiligheidsinstructies voor de
veiligheidsinstructies.
OPMERKING
Voer NOOIT zelf een inspectie van of servicewerkzaamheden aan de unit uit. Vraag
hier een erkend servicetechnicus voor. Als eindgebruiker mag u wel de luchtuitlaat,
de buitenkant, het voorpaneel en het luchtfilter reinigen.
OPMERKING
Dit onderhoud MOET worden uitgevoerd door een erkend installateur of een
servicetechnicus.
Laat het onderhoud minstens één keer per jaar uitvoeren. De geldende wetgeving
kan evenwel kortere onderhoudsintervallen vereisen.
De volgende symbolen kunnen voorkomen op de binnenunit:
Symbool
Verklaring
Meet de spanning aan de aansluitklemmen van de condensatoren
van de hoofdkring of elektrische onderdelen vooraleer u een
onderhoud uitvoert.
GEVAAR: RISICO OP ELEKTROCUTIE
Schakel de elektrische voeding langer dan 10 minuten uit en meet de spanning aan
de aansluitklemmen van de condensatoren van de hoofdkring of elektrische
onderdelen vooraleer u een onderhoud uitvoert. De spanning MOET minder dan
50 V DC zijn vooraleer u elektrische onderdelen mag aanraken. Voor de locatie van
de klemmen, zie het waarschuwingslabel voor service en onderhoud.
a Meetpunten restspanning (C-, C+)
b Printplaat
c Besturingskast
VOORZICHTIG
Schakel de unit uit alvorens de luchtuitlaat, de buitenkant, het voorpaneel en het
luchtfilter te reinigen.
gebruiker" [
c
a a
b
C+
C-
4
18] voor alle gerelateerde
FXAA15~63AUV1B
VRV-systeemairconditioner
4P622295-1B – 2022.02