Volgorde‐instellingen
Binnen Volgorde‐instellingen kan het volgende worden geconfigureerd (Afbeelding 19):
Testselectie Auto‐invullen
Monstervolgorde Auto‐monstervolgorde
Testselectie: De standaardinstelling voor Auto‐invullen is Uit. Zie de delen Nieuwe test starten voor meer
informatie over testselectie.
Auto‐invullen Uit: Deze optie laat de gebruiker eerst de testmethode selecteren en vervolgens de
geselecteerde test aan individuele monsterbuizen toewijzen, ongeacht in welke volgorde. De selectie van
een test hoeft niet voor elke buis te worden herhaald.
Auto‐invullen Aan: Deze optie laat de gebruiker eerst de buizen selecteren en vervolgens een
testmethode toewijzen door de test per buis te selecteren.
Druk op het pictogram Aan/Uit om de weergegeven instelling te wijzigen.
de testoptie aan).
Druk op
om de selectie te bevestigen.
Monstervolgorde: De standaardinstelling voor Auto‐monstervolgorde is Uit. Zie het gedeelte Monstertype en
‐id toewijzen voor meer informatie over de monstervolgorde.
Auto‐monstervolgorde Uit: Deze optie laat de gebruiker één monster‐id toewijzen aan meerdere buizen.
Het invoeren van de monster‐id hoeft niet voor elke buis te worden herhaald.
Auto‐monstervolgorde Aan: Deze optie laat de gebruiker automatisch een monster‐id toewijzen aan de
volgende beschikbare buis. Deze instelling is nuttig bij het scannen van barcodes voor opeenvolgende
specimens van patiënten.
Druk op het pictogram Aan/Uit om de weergegeven instelling te wijzigen.
de testoptie aan).
Druk op
om de selectie te bevestigen.
Afbeelding 19
24
(Bij paarse markering staat
(Bij paarse markering staat