De ISO-waarde wijzigen
Druk op de knop <m>, kies [
menu en kies vervolgens de gewenste
optie
De optie die u hebt ingesteld, wordt nu
weergegeven.
Hiermee wordt de ISO-waarde automatisch
AUTO
aangepast aan de opnamemodus en –
omstandigheden.
80, 100, 200
Laag
400, 800
Hoog
1600, 3200, 6400
•
Druk de ontspanknop half in als u de automatisch bepaalde ISO-waarde wilt
bekijken wanneer de ISO-waarde is ingesteld op [AUTO].
•
Kiezen voor een lagere ISO-waarde levert wel scherpere beelden, maar
onder bepaalde opnameomstandigheden neemt de kans op een onscherp
onderwerp en bewogen beelden toe.
•
De keuze voor een hogere ISO-waarde zal de sluitertijd verhogen, wat
onscherpe en bewogen onderwerpen vermindert en het flitserbereik vergroot.
Foto's kunnen er echter wel korrelig uitzien.
Foto's
] in het
(=
25).
Voor opnamen buitenshuis bij mooi weer.
Voor opnamen bij bewolkt weer of in de
schemering.
Voor opnamen bij nacht of binnenshuis in
donkere kamers.
De helderheid corrigeren (i-Contrast)
Voordat u een opname maakt, kunnen extreem heldere of donkere
gebieden (zoals gezichten of achtergronden) worden gedetecteerd en
automatisch worden aangepast aan de optimale helderheid. Als het
gehele beeld niet genoeg contrast heeft, kan dat ook automatisch worden
gecorrigeerd, zodat onderwerpen beter opvallen.
Druk op de knop <n>, kies
[i-Contrast] op het tabblad [4] en kies
vervolgens [Automatisch]
Als de instelling is voltooid, wordt [ @ ]
weergegeven.
•
In sommige opnameomstandigheden kan de correctie
onnauwkeurig zijn of korrelige beelden veroorzaken.
•
U kunt ook bestaande beelden corrigeren
Foto's
(=
26).
(=
110).
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor
gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus
Modus Hybride automatisch /
Dubbele opname
Andere
opnamemodi
P-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
74