TMT85
4.2.1 Aansluiting op veerklemmen
Afb. 6: Veerklemaansluiting
A
Aderuiteinde invoeren (massieve ader of ader met adereindhuls)
B
Aderuiteinde invoeren met gereedschap (soepele ader zonder adereindhuls)
C
Loslaten aderuiteinde met gereedschap
D
Verwijderen aderuiteinde
Procedure:
Pos. A, massieve ader:
Pos. B, soepele ader zonder adereindhuls:
Pos. C en D, losmaken van de verbinding:
Geadviseerd wordt geen adereindhulzen te gebruiken bij het aansluiten van
flexibele aders op veerklemmen.
4.3
Veldbusaansluiting
Veldbuskabelspecificaties conform IEC 61158-2 (MBP), voor meer informatie zie
gebruiksaanwijzing. De instrumenten kunnen op twee manieren op de veldbus worden
aangesloten:
• Aansluiting via een conventionele kabelwartel.
• Aansluiting via een veldbusconnector (optie, kan als toebehoren worden besteld).
Endress+Hauser
A
1.
2.
3.
1.
2.
3.
4.
5.
1.
2.
3.
B
Aderuiteinde strippen. Minimale striplengte = 10 mm (0,39 in)
Plaats het aderuiteinde in de klem (A).
Controleer de aansluiting door iets aan de ader te trekken. Herhaal
vanaf stap 1 indien nodig.
Aderuiteinde strippen. Minimale striplengte = 10 mm (0,39 in)
Openingshendel bedienen met gereedschap (B).
Plaats het aderuiteinde in de klem (B).
Laat de openingshendel los.
Controleer de aansluiting door iets aan de ader te trekken. Herhaal
vanaf stap 1 indien nodig.
Openingshendel bedienen met gereedschap (C).
Verwijder de ader uit de klem (D).
Laat de openingshendel los.
C
D
Bedrading
A0008322
13