Download Print deze pagina

Advertenties

Inhoudsopgave
1
Lees dit eerst ................................................................................................1
Waarschuwing..................................................................................................1
Over deze handleiding.....................................................................................1
Veiligheid..........................................................................................................2
Landspecifieke voorwaarden...........................................................................3
Einde van de levensduur..................................................................................4
FCC-classificatie..............................................................................................5
2
Leer uw documentsysteem kennen ............................................................6
Overzicht..........................................................................................................6
Bediening.........................................................................................................9
Bedieningspaneel..........................................................................................10
De documentfeederladen installeren.............................................................11
Verticale stapelaar met hoge capaciteit.........................................................12
Inschakelen....................................................................................................13
Startmenu......................................................................................................13
Jobinfo............................................................................................................14
Zijgeleiders.....................................................................................................16
Documentstand..............................................................................................17
De documentfeederlade vullen......................................................................18
Enveloppen bijvullen......................................................................................19
Enveloppen verzegelen..................................................................................20
Het reservoir met verzegelingsvloeistof vullen...............................................22
Het systeem afsluiten.....................................................................................22
3
Opties ..........................................................................................................23
MaxiFeeder....................................................................................................23
De MaxiFeeder installeren.............................................................................23
De zijgeleiders van de maxiFeeder aanpassen.............................................24

Advertenties

loading

Samenvatting van Inhoud voor quadient DS-85

  • Pagina 1 Inhoudsopgave Lees dit eerst ....................1 Waarschuwing....................1 Over deze handleiding..................1 Veiligheid......................2 Landspecifieke voorwaarden................3 Einde van de levensduur..................4 FCC-classificatie....................5 Leer uw documentsysteem kennen ............6 Overzicht......................6 Bediening......................9 Bedieningspaneel..................10 De documentfeederladen installeren.............11 Verticale stapelaar met hoge capaciteit............12 Inschakelen....................13 Startmenu......................13 Jobinfo......................14 Zijgeleiders.....................16 Documentstand....................17 De documentfeederlade vullen..............18 Enveloppen bijvullen..................19 Enveloppen verzegelen..................20 Het reservoir met verzegelingsvloeistof vullen..........22...
  • Pagina 2 De documentscheiding in de maxiFeeder aanpassen........25 Documenten invoeren (MaxiFeeder)..............26 Documentfeeder voor grote volumes.............26 Documentfeeder voor grote volumes installeren..........27 De zijgeleiders van de documentfeeder voor grote volumes instellen...27 Documentscheiding voor de documentfeeder voor grote volumes....28 Documenten invoeren (documentfeeder voor grote volumes).......28 Doorvoerstapelaar..................29 Zijuitgang.......................29 insert'n Frank / insert'n Mail ................30...
  • Pagina 3 Jobinstellingen....................49 Envelopinstellingen..................49 Doc.instellingen....................50 Vouwinstellingen....................53 Leesinstellingen (optie)..................55 DFC-instellingen (Double Feed Control)............57 Jobnaam......................58 Post-/frankeerinstellingen (optie)..............58 MPPC-instellingen (Mail Piece Production Control) (optie)......59 Geavanceerde instellingen ................60 Wat zijn geavanceerde instellingen?..............60 Geavanceerde instellingen openen..............61 Display-instellingen wijzigen................62 Systeeminfo en Softwareversies weergeven..........63 Wat zijn gelicentieerde opties?..............64 Een optie activeren..................65 Menu Test.......................65 Diagnose uitvoeren..................66 Jobinstellingen (Supervisor)................67...
  • Pagina 4 Beschrijving van OMR-codes.................80 Een OMR-test uitvoeren.................83 Online services ...................85 Online services....................85 Online services opstarten................86 Een verbinding met de server maken............87 De historie weergeven...................88 Berichten weergeven..................88 Een nieuwe job of nieuwe software installeren..........89 Configuratiemenu...................90 Telefoonnummer wijzigen................91 Het prefix wijzigen..................92 Het land selecteren..................92 Datum en tijd invoeren...................93 Kiestoondetectie instellen................93 Volume van de modem instellen..............94...
  • Pagina 5 Verzamelplaatsgebied..................109 Problemen oplossen voor operator..............109 Tabel voor probleemoplossing..............110 Specificaties ....................114 Technische specificaties................114 Capaciteit van hopper en feeder..............115 Afmetingen configuratie................115 Specificaties voor documenten en bijlagen..........115 Specificaties voor enveloppen en documentsets.........116 Specificaties maxiFeeder................117 Specificaties verticale stapelaar met hoge capaciteit........118 Terminologie .....................120 Terminologie....................120...
  • Pagina 7 Lees dit eerst Waarschuwing Zorg dat u de veiligheidsvereisten in dit gedeelte hebt gelezen en begrepen. Over deze handleiding Talen Volgens de EC-verklaring op basis van de Laagspanningsrichtlijn (2006/95/EC) dient de bedieningshandleiding beschikbaar te zijn in de nationale taal/talen van het land waaraan het systeem wordt geleverd.
  • Pagina 8 Symbolen In deze handleiding worden de onderstaande symbolen gebruikt. WAARSCHUWING: Geeft een situatie aan die voor mensen gevaarlijk is. LET OP: Een handeling die u uitvoert kan een risico vormen voor de apparatuur of de post. OPMERKING: Een opmerking waarmee uitleg over verschillende voorbeelden of specifieke gegevens wordt gegeven.
  • Pagina 9 Veiligheidsmaatregelen • Dit systeem mag alleen worden bediend door bekwaam, getraind personeel. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor ongelukken en letsel die het gevolg zijn van de bediening van het systeem door ongetraind personeel. • Beschermingskappen mogen alleen worden geopend door vakkundige personen die weten welke risico's dit met zich meebrengt.
  • Pagina 10 Einde van de levensduur De doelstelling van het milieubeleid van de Europese Unie is met name om de kwaliteit van het milieu te handhaven, te beschermen en te verbeteren, de gezondheid van de mens te beschermen en zorgvuldig en verstandig om te gaan met natuurlijke hulpbronnen. Dit beleid is gebaseerd op het voorzorgsprincipe en op de uitgangspunten dat preventieve maatregelen nodig zijn en dat schade aan het milieu op de eerste plaats bij de bron moet worden hersteld.
  • Pagina 11 FCC-classificatie Dit is een klasse A-product. In een woonomgeving kan dit product radiostoring veroorzaken. In dat geval moet de gebruiker gepaste maatregelen nemen. NB: deze apparatuur is getest en in overeenstemming bevonden met de grenswaarden voor een digitaal apparaat van Klasse A, conform Deel 15 van de FCC-regels. Deze grenswaarden dienen om een redelijke bescherming te bieden tegen schadelijke storing wanneer de apparatuur in een bedrijfsomgeving wordt gebruikt.
  • Pagina 12 Leer uw documentsysteem kennen Overzicht Inleiding Het systeem is een vouw- en vulsysteem waarmee post eenvoudig kan worden verwerkt. Het systeem: • Voert documenten in • Vouwt de documenten • Steekt de documenten in enveloppen • Verzegelt de enveloppen • Stapelt de enveloppen Automatische controle zorgt ervoor dat in elke envelop het juiste aantal documenten wordt ingevoerd.
  • Pagina 13 In de afbeelding wordt een overzicht van het systeem weergegeven. Documentfeeders (flexFeed) (1) De flexFeed is het invoergedeelte van het systeem. Er zijn twee typen feeders: de automatische en de speciale feeder. De automatische feeder hoeft niet te worden ingesteld voor de scheiding.
  • Pagina 14 intelliDeck(3) De intelliDeck werpt onjuiste documentsets automatisch uit. Op deze manier hoeft het systeem niet te worden onderbroken. Goede sets worden getransporteerd naar de powerFold®-eenheid. powerFold(4) De vouweenheid vouwt de documenten. De volgende vouwtypen zijn mogelijk (zie Terminologie op pagina 120): •...
  • Pagina 15 Bediening A - Verticale stapelaar met hoge capaciteit N - hendel voor handmatig transport van enveloppen B - loc-kap O - luchtpluggen voor reiniging van de C - ontgrendeling voor loc sensoren D - voedingsingang, aan/uit-schakelaar P - hendel voor handmatig transport van de postset E - kap vulsysteem Q - ontgrendelingshendels voor rollers van...
  • Pagina 16 Bedieningspaneel Het bedieningspaneel bestaat uit het aanraakscherm en de volgende knoppen: A: Aan/uit ( ): Hiermee wordt het systeem in- of uitgeschakeld. Als het systeem een uur lang niet wordt gebruikt, schakelt het systeem over naar de energiezuinige modus. Druk op de aan-/uitknop om terug te keren naar de gebruikersmodus. B: Stop ( ): De huidige postset wordt door het systeem voltooid en daarna stopt het systeem.
  • Pagina 17 De documentfeederladen installeren U kunt als volgt de documentfeederladen in de juiste positie plaatsen: Houd de documentfeeder enigszins schuin zoals in de afbeelding wordt weergegeven. Plaats het voorste einde van de documentfeederlade onder de twee zwarte rollen. Beweeg de documentfeederlade naar boven (waarbij de zwarte rollen omhoog gaan) totdat de feeder op zijn plaats kan worden vastgehaakt.
  • Pagina 18 Verticale stapelaar met hoge capaciteit De verticale stapelaar met hoge capaciteit kan worden gebruikt om gevulde enveloppen te stapelen. De verticale stapelaar kan tot 325 gevulde enveloppen opslaan. De verticale stapelaar kan worden voorzien van MPPC (Mail Piece Production Control = productiecontrole van poststukken).
  • Pagina 19 Inschakelen U kunt als volgt het systeem opstarten: Als u de machine aansluit op een verkeerde voeding, kan dit de machine ernstig beschadigen. Controleer of de spanning die op het typeplaatje staat vermeld, overeenkomt met de lokale voedingsspanning voordat u de machine op de voeding aansluit. Steek de stekker van het netsnoer in een geaard stopcontact.
  • Pagina 20 Met de startknop ( ) gaat u terug naar het startmenu. Met de knop [Menu] wordt het menu Geavanceerde instellingen geopend (zie Het menu Geavanceerde instellingen openen op pagina 61). Jobinfo Als u meer informatie wilt over een job, selecteert u deze in het startmenu. Het menu 'Huidige job' toont de volgende informatie over de geselecteerde job: •...
  • Pagina 21 • Een afbeelding van het systeem met symbolen voor de geselecteerde functies. De volgende symbolen kunnen worden gebruikt: Toont welke feeders zijn geselecteerd om documenten uit te pakken (zwart is geselecteerd). Iedere geselecteerde feeder geeft aan hoeveel vellen kunnen worden ingevoerd vanaf de feeder.
  • Pagina 22 Zijgeleiders Om de zijgeleiders in te stellen kunt u het beste de documentfeederlade als volgt van de feeder afhalen: Druk hendel A naar beneden. Beweeg de documentfeederlade naar boven om deze los te maken en trek deze dan uit de feeder. Draai knop B een halve slag los.
  • Pagina 23 Documentstand Als de optionele verlengde powerFold is geïnstalleerd, zijn de volgende regels van kracht voor het invoeren van documenten met de adrespositie onderaan:...
  • Pagina 24 De documentfeederlade vullen. U kunt als volgt de documentfeederlade vullen: Open de linkerzijgeleider A door deze naar beneden te draaien. De invoerrollen worden automatisch opgetild. Plaats een stapel documenten tussen de zijgeleiders. Draai de linkerzijgeleider weer omhoog. Voer de documenten in (afhankelijk van het type document en het type vouw) (zie Documentstand op pagina 17).
  • Pagina 25 Enveloppen bijvullen Voordat u de enveloppen plaatst, moet u eerst controleren of de envelopscheiding en de zijgeleiders correct zijn ingesteld. Ga als volgt te werk: Draai aan duimwiel D om de zijgeleiders C uit elkaar te bewegen. Als de afstand tussen de zijgeleiders te groot is, worden de enveloppen gedraaid in de machine gevoerd.
  • Pagina 26 Plaats de onderste envelop tussen de rollen (flap naar beneden en de onderzijde van de envelop in de richting van de machine). Maak de stapel enveloppen los en plaats de stapel boven op de onderste envelop. Schuif envelopsteun B in of uit, zodat de flapzijde ongeveer 20 mm (0,8 inch) omhoog komt.
  • Pagina 27 Schuif de blauwe hendel A naar om de envelopverzegeling uit te schakelen of naar om de envelopverzegeling in te schakelen. Sluit de bovenkap. Voordat u een opdracht met verzegeling start, moet u ongeveer 5 minuten wachten tot de borstels bevochtigd zijn, of gebruik bevochtigde borstels. Zie Borstels reinigen en vervangen op pagina 97 voor instructies over het installeren van borstels.
  • Pagina 28 Het reservoir met verzegelingsvloeistof vullen Open voorkap A. Vul reservoir B tot de niveauaanduiding 'Max' met verzegelingsvloeistof. Sluit de voorkap A. Voordat u een opdracht met verzegeling start, moet u ongeveer 5 minuten wachten tot de borstels bevochtigd zijn, of bevochtigde borstels gebruiken. Zie Borstels reinigen en vervangen voor instructies over het installeren van borstels.
  • Pagina 29 Opties MaxiFeeder De maxiFeeder is een feeder die kan worden bijgevuld met een groot aantal documenten. Deze feeder is bedoeld voor gebruik met BRE´s (retourenveloppen), maar ook standaarddocumenten met een lengte van maximaal 356 mm kunnen ermee worden verwerkt. Voor meer informatie over de bediening van de maxiFeeder, raadpleegt u het onderwerp over Documenten laden voor de maxiFeeder op pagina 24.
  • Pagina 30 De zijgeleiders van de maxiFeeder aanpassen U kunt als volgt de zijgeleiders instellen: Neem een stapel documenten/retourenveloppen en plaats deze in de feederlade. BRE's met de flap naar beneden en kop voor (de bovenrand wijzend naar het systeem). Pas de zijgeleiders aan door het duimwiel A zo te draaien dat de documenten/BRE's net passen en zonder weerstand kunnen bewegen.
  • Pagina 31 De documentscheiding in de maxiFeeder aanpassen Als de maxiFeeder wordt gebruikt bij een feeder voor automatische scheiding, wordt de scheiding automatisch ingesteld. De maxiFeeder kan ook worden gebruikt op een feederpositie met een handmatig ingestelde scheiding. U kunt dit als volgt instellen: Verwijder documentfeederladen 2 en 3.
  • Pagina 32 Documenten invoeren (MaxiFeeder) U kunt als volgt documenten invoeren: Als u de maxiFeeder vult, moet u ervoor zorgen dat de documenten/BRE´s parallel zijn gepositioneerd ten opzichte van de invoerplaat om juiste invoer te verzekeren. De invoerplaat schuift automatisch omhoog (als het systeem begint met de verwerking) totdat de documenten/BRE´s zich onder de rubberen papiertrekkers bevinden.
  • Pagina 33 Documentfeeder voor grote volumes installeren U kunt als volgt de feederlade van de documentfeeder voor grote volumes installeren: Trek hendel A naar beneden. Haak de feederlade vast. Laat hendel A los. De zijgeleiders van de documentfeeder voor grote volumes instellen U kunt als volgt de zijgeleiders B instellen: Draai knop D een halve slag los.
  • Pagina 34 Plaats een kleine stapel documenten tussen de zijgeleiders. Draai wiel E. De ruimte tussen de zijgeleiders en de documenten moet zodanig zijn dat deze nog net kunnen worden verschoven. Draai knop D weer vast. Documentscheiding voor de documentfeeder voor grote volumes De documentscheiding wordt automatisch ingesteld.
  • Pagina 35 Doorvoerstapelaar Als u over een doorvoerstapelaar beschikt, moet u deze als volgt op uw systeem installeren: Plaats de vork in voorwaartse richting. Beweeg de transporteur zoals door de pijlen wordt aangegeven. Til de transporteur met de bevestigingshaakjes boven de twee pennen (onderste en bovenste) en beweeg deze omlaag.
  • Pagina 36 insert'n Frank / insert'n Mail Als dit systeem is aangesloten op een post-/frankeersysteem, kunt u met insert'n Frank / insert'n Mail het volgende doen: • Automatisch posten/frankeren in- en uitschakelen; • Een post-/frankeerjob selecteren op afstand; • De afdruk-/frankeerwaarde instellen (optie); •...
  • Pagina 37 Postsets verwerken Inleiding Met het systeem kunt u postsets op de volgende manieren verwerken: • Automatische job: Het systeem pakt één vel uit elke gevulde feeder en verwerkt deze tot postsets. De automatische functie wordt in dit hoofdstuk beschreven . •...
  • Pagina 38 Standaardpostset verwerken Een standaardpostset bestaat uit documenten uit een of meer documentfeeders. Deze set wordt ingevoegd in een envelop. Voordat u begint, moet u eerst Inleiding op postsets verwerken op pagina 31 lezen. Druk in het startmenu op de knop [Nieuwe job]. Kies [Automatisch] om een Automatische job te starten.
  • Pagina 39 Een postset met BRE´s of bijlagen verwerken Een postset met BRE´s bestaat uit documenten uit een of meer documentfeeders plus een bijlage/BRE uit de BRE-feeder. Deze set wordt ingevoegd in een envelop. Voordat u begint, moet u eerst Inleiding op postsets verwerken op pagina 31 lezen.
  • Pagina 40 Documentscheiding De term ‘Documentscheiding’ heeft betrekking op de instelling die nodig is om het bovenste document van de stapel te scheiden van het onderliggende document. Hiermee wordt voorkomen dat meerdere documenten tegelijk van de stapel worden getrokken. De documentscheiding voor de automatische feeders wordt automatisch ingesteld; meestal zijn er geen handmatige instellingen nodig.
  • Pagina 41 Instellen van de documentstoppers De documentstoppers geven de positie aan waar de documenten die van de feeder komen, naar het vouwgebied draaien. De positie van de documentstoppers wordt automatisch bepaald door het systeem tijdens het programmeren van de job. Oorspronkelijk worden de documentstoppers ingesteld op positie B. In deze positie kan een grote reeks documenten worden verwerkt (max.
  • Pagina 42 Dagpost verwerken De functie Dagpost is alleen beschikbaar wanneer lezen niet actief is. Wanneer dagpost is ingesteld, worden de koppelingen naar de dagpostfeeder automatisch gedeselecteerd. Wanneer de functie Dagpost is geselecteerd, is DFC niet beschikbaar. Om documenten of documentsets te verwerken die niet automatisch kunnen worden verwerkt (bijvoorbeeld geniete documenten), is de bovenste feeder voorzien van een schakelaar voor dagpost.
  • Pagina 43 Plaats het volgende document of de volgende documentset in de feeder. Het systeem blijft in bedrijf om het ingevoegde document of de ingevoegde documentset te verwerken. Als u klaar bent met Dagpost, drukt u op de [stop]knop om de job te stoppen. Verplaats de hendel Dagpost B naar de positie 'AUTO' om de Dagpost uit te schakelen en de automatische documentscheiding in te schakelen.
  • Pagina 44 De vulvingers van de enveloppen instellen De vulvingers A moeten zich circa 5 mm in de envelop bevinden om de documentset goed in de envelop te krijgen. De buitenste vingers moeten ongeveer 5 à 10 mm van de randen van de enveloppen geplaatst zijn.
  • Pagina 45 De invoegpositie bevestigen De envelop moet correct zijn gepositioneerd om de documentset goed in de envelop te krijgen. Een documentset is correct ingevoerd als de vouwlijn van de flap van de envelop zich onder groene rol C bevindt. U kunt als volgt de invoegpositie bevestigen: Deze instelling moet alleen worden gecontroleerd in geval van problemen of wanneer het enveloptype wordt gewijzigd.
  • Pagina 46 Jobs gebruiken Wat is een job? Als u veel postsets van hetzelfde type moet verwerken (zoals rekeningen), kunt u deze opstellingen opslaan in een ´job´. De volgende keer kunt u simpelweg de job selecteren en meteen starten, zonder eerst instellingen te hoeven invoeren. De volgende instellingen worden opgeslagen in een job: •...
  • Pagina 47 Druk op [Handmatig] om een nieuwe job te maken. Voor [Automatisch], zie Standaardpostset verwerken op pagina 32. Voer de pincode 2546 in. Druk op [OK] om het geselecteerde beschikbare jobnummer te bevestigen. Een nieuw jobnummer wordt gestart met standaardinstellingen. Het menu Jobinstellingen wordt geopend. De betekenis van alle knoppen en instellingen wordt uitgelegd in Jobinstellingen op pagina 49.
  • Pagina 48 Druk op [Opslaan] om de job op te slaan met de ingevoerde instellingen onder het opgegeven jobnummer en de opgegeven jobnaam. Om een job een naam te geven, zie Instellingen voor naam job op pagina 58. Druk op de knop [1x] om te controleren of de invoegpositie en adrespositie kloppen (zie De invoegpositie bevestigen op pagina 39 en...
  • Pagina 49 Klik op de knop [1x]. Druk op de knop als u de positie van de envelop wilt aanpassen voordat u de proefvulling uitvoert (zie De enveloppositie aanpassen op pagina 43). Druk op de knop [1x] om de proefvulling uit te voeren. De enveloppositie aanpassen Voordat u een proefvulling uitvoert, kunt u de enveloppositie aanpassen.
  • Pagina 50 Druk op om de nieuwe uitlijning te controleren. Druk op de knop [OK] om de nieuwe uitlijning te accepteren. Een job gebruiken U kunt als volgt een bestaande job gebruiken: Selecteer in het startmenu de job die u wilt gebruiken. Als u een proefvulling wilt uitvoeren: Druk op de knop [1x] om een proefvulling uit te voeren.
  • Pagina 51 Een job wijzigen U kunt als volgt een bestaande job wijzigen: Selecteer in het startmenu een job die u wilt wijzigen. Druk op de knop [Wijzigen]. Voer de pincode 2546 in. Het menu Jobinstellingen wordt geopend. Zie Jobinstellingen op pagina 49 voor de betekenis van alle knoppen en instellingen.
  • Pagina 52 Een job kopi ren U kunt als volgt bestaande jobinstellingen kopi ren naar een nieuwe job: Druk in het hoofdmenu op de knop [Menu Supervisor]. Voer de pincode 2546 in. Druk op de knop [Jobmenu]. Het jobmenu wordt geopend. Druk op de knop [Job kopi ren]. Het menu Job kopi ren verschijnt.
  • Pagina 53 Druk op de pijltjes als u een ander jobnummer wilt kiezen waarvandaan of waarheen moet worden gekopieerd. U kunt jobinstellingen alleen kopi ren naar nieuwe jobs. Druk op de knop om de details te zien van de job waarvan wordt gekopieerd. Druk op [OK] om de jobinstellingen te kopi ren.
  • Pagina 54 Druk op de knop [Jobmenu]. Het jobmenu wordt geopend. Druk op de knop [Job verwijderen]. Het menu Job verwijderen verschijnt. Als u op [OK] drukt, wordt de job zonder waarschuwing verwijderd. Selecteer een jobnummer en druk op [OK].
  • Pagina 55 Jobinstellingen In het menu Jobinstellingen zijn de volgende instellingen beschikbaar: • Envelopinstellingen (zie Envelopinstellingen op pagina 49); • Doc.instellingen (zie Doc.instellingen op pagina 50); • Vouwinstellingen (zie Vouwinstellingen op pagina 53); • Leesinstellingen (indien ingesteld, zie Leesinstellingen op pagina 55); •...
  • Pagina 56 Boven in het scherm worden drie selectieknoppen weergegeven, waarvan u er één kunt selecteren. De knop voor de geselecteerde instellingen wordt gemarkeerd. • Druk op de knop om een envelop met een gesloten flap te selecteren. Dit houdt in dat de enveloppen met gesloten flap worden ingevoerd. Gebruik de knop om de toepasselijke afmetingen in te voeren.
  • Pagina 57 • Druk op de knop om het aantal vellen voor de verschillende feeders in te stellen. • Druk op de knop om een feeder te selecteren. De geselecteerde feeder wordt gemarkeerd. • U kunt vanaf elke feeder meer dan één document invoeren voor uw documentset. Dit wordt ´multi-invoer´...
  • Pagina 58 • Druk op de knop om de documenthoogte in te voeren. De hoogte of het ISO-formaat van het document wordt weergegeven naast de betreffende feeder. • Druk op de knop om een feeder te selecteren. De geselecteerde feeder wordt gemarkeerd. •...
  • Pagina 59 Wanneer u een feeder selecteert voor lezen, kunt u de onderliggende feeder niet koppelen aan deze leesfeeder. De leesfeeder kan worden gekoppeld aan een bovenliggende feeder wanneer deze niet is geselecteerd voor selectieve invoer. • Druk op de knop om de instelling van de functie Dagpost in te voeren. Met deze functie wordt de verwerking ingeschakeld van documenten of documentsets die niet automatisch kunnen worden verwerkt (zie Dagpost verwerken...
  • Pagina 60 Selecteer het type vouw. De volgende opties zijn beschikbaar voor het bovenste adres: • Geen vouw (geen instellingen vereist) • V-vouw • C-vouw • Dubbele V-vouw • Z-vouw Voor het onderste adres zijn slechts drie vouwtypen mogelijk. Behalve wanneer er geen vouw is vereist, wordt op het aanraakscherm een eenvoudig diagram van het document getoond met de vouwposities.
  • Pagina 61 Leesinstellingen (optie) Voor een volledige beschrijving van de leesfunctionaliteit, zie Lezen - Inleiding op pagina 73. In het menu 'Leesinstellingen' is het mogelijk om de OMR (Optical Mark Recognition) of BCR (Barcode Reading) in of uit te schakelen en de basisinstellingen in te stellen. Het eerste menu 'Leesinstellingen' bevat de volgende instellingen: Codetype: de standaardinstelling is 'Geen'.
  • Pagina 62 controleren. Het systeem verwerkt het OMR-vel en geeft de leestekens weer. Via de informatieknop wordt de interpretatie van de leestekens weergegeven. Als u BCR hebt geselecteerd, kunt u de definitie van uw streepjescode bijwerken met een configuratievel of een voorbeeld-BCR-vel laden om de BCR-code in te stellen.
  • Pagina 63 DFC-instellingen (Double Feed Control) In het menu 'DFC-instellingen' kunt u DFC (Double Feed Control) voor de verschillende feeders in- of uitschakelen. • Druk op de knop om een feeder te selecteren. • Druk op de knop om DFC in of uit te schakelen. Als deze is ingeschakeld, wordt het pictogram weergegeven.
  • Pagina 64 Jobnaam Sla de job met een duidelijke naam op zodat u de job gemakkelijk kunt herkennen. Deze naam wordt weergegeven bij het selecteren van een job. Voer een jobnaam in met het alfanumerieke toetsenblok. • Gebruik de knop om een teken links van de cursorpositie te wissen (backspace). •...
  • Pagina 65 U koppelt een post(-/frankeer)job aan de vuljob door met de pijltjestoetsen een job te selecteren. Als er geen koppeling nodig is, selecteert u 'Huidige job'. Zie de appendix voor een uitgebreide beschrijving van de post-/frankeeroptie. MPPC-instellingen (Mail Piece Production Control) (optie) Voor MPPC-instellingen raadpleegt u de appendix van de bedieningshandleiding Productiecontrole van poststukken.
  • Pagina 66 Geavanceerde instellingen Wat zijn geavanceerde instellingen? Geavanceerde instellingen zijn alle instellingen uit het menu Display-instellingen en het menu Supervisor. Het menu Display-instellingen bevat de volgende instellingen: • Helderheid scherm instellen (zie Display-instellingen wijzigen op pagina 62); • Volume interface instellen (zie Display-instellingen wijzigen op pagina 62);...
  • Pagina 67 • Systeeminfo (zie Systeeminfo en Softwareversies weergeven); • Opties (zie Een optie activeren op pagina 65); • Test (zie Menu Test op pagina 65); • Online services (zie Online services opstarten op pagina 86); • Jobmenu (zie Wat is een job? op pagina 40);...
  • Pagina 68 Display-instellingen wijzigen In het scherm Display-instellingen kunt u verschillende instellingen wijzigen. U kunt als volgt de display-instellingen wijzigen: Gebruik de pijlen naast het helderheidssymbool om de helderheid van de display te verhogen of te verlagen. Gebruik de pijlen naast het volumesymbool om het volume van de interface te verhogen of te verlagen.
  • Pagina 69 Systeeminfo en Softwareversies weergeven In het menu Supervisor kunt u de Systeeminfo en Softwareversies weergeven. Ga als volgt te werk: In het menu Supervisor drukt u op de knop [Systeeminfo]. Het menu Systeeminfo wordt geopend. Hier wordt de volgende informatie weergegeven: - Flex-certificaat - deze optie wordt gebruikt voor OMR;...
  • Pagina 70 Wat zijn gelicentieerde opties? In het menu Opties wordt de volgende informatie weergegeven: • Chip-id • Systeem-id • Geïnst. opties. Deze softwareopties worden ingeschakeld met licentiecodes. Deze licentiecodes activeren samen met het identificatienummer van de machine de betreffende opties. De ingeschakelde en beschikbare softwareopties worden op dit scherm weergegeven. Neem contact op met uw dealer over deze licentiecodes.
  • Pagina 71 Een optie activeren U kunt als volgt een gelicentieerde optie toevoegen: Druk in het scherm Opties op de knop [Toevoegen]. Gebruik het toetsenblok om de licentiesleutelcode in te voeren die u van de leverancier hebt ontvangen om de betreffende optie op deze machine te activeren. Navigeer, indien nodig, met de pijltoetsen door de ingevoerde tekens.
  • Pagina 72 koppelingen door de actuators kort in te schakelen en vervolgens de stroom te meten (zie Diagnose uitvoeren op pagina 66); • Fotocellen opnieuw instellen - gebruik deze functie om alle fotocellen te kalibreren (zie Fotocellen opnieuw instellen op pagina 99); •...
  • Pagina 73 Jobinstellingen (Supervisor) Jobinstellingen worden normaliter alleen door een onderhoudsmonteur gewijzigd. Raadpleeg daarom eerst de helpdesk van de leverancier voordat u de instellingen wijzigt. Wijzigingen in de jobinstellingen kunnen resulteren in slecht functionerende jobs. Het menu “Jobinstellingen” (supervisor) kan worden geopend vanuit het menu “Supervisor”. Vanuit dit menu kunnen systeemparameters worden ingesteld.
  • Pagina 74 Offset flapsluiter U kunt als volgt de offset flapsluiter voor een geselecteerde job wijzigen: Gebruik de pijlen naast "Selecteer job" om te kiezen voor welke job (Job 1-25 of Automatisch) u wijzigingen wilt aanbrengen. Gebruik de pijlen naast "Offset flapsluiter" om de offset flapsluiter voor de geselecteerde job te wijzigen.
  • Pagina 75 Gebruik de naast "Job wijzigen" om in te stellen of enveloppen moeten worden geledigd (altijd, nooit of alleen nadat dit is gevraagd) nadat de operator een job heeft gewijzigd. Druk op de knop [OK] om de wijzigingen te accepteren. Systeemuitvoer U kunt als volgt de uitvoermodus voor een geselecteerde job wijzigen: Gebruik de pijlen naast "Selecteer job"...
  • Pagina 76 Gebruik de naast BRE met venster om te selecteren of de retourenvelop wel of geen venster heeft. Deze optie is alleen beschikbaar voor uitvoermodus 2. Druk op de knop [Opslaan] om de wijzigingen in de geselecteerde job op te slaan. Document-offset wijzigen U kunt als volgt de document-offset voor een geselecteerde job wijzigen: Gebruik de pijlen naast "Selecteer job"...
  • Pagina 77 BRE-offset wijzigen U kunt als volgt de BRE-offset voor een geselecteerde job wijzigen: Gebruik de pijlen naast "Selecteer job" om te kiezen voor welke job (Job 1-25 of Automatisch) u wijzigingen wilt aanbrengen. Gebruik de knop naast BRE met venster om de BRE-offset in of uit te schakelen. Als een document langer is dan de ingestelde adresvouw maar korter dan de hoogte van de envelop, wordt dit document soms onnodig gevouwen.
  • Pagina 78 Druk op de knop [Opslaan] om de wijzigingen in de geselecteerde job op te slaan.
  • Pagina 79 Lezen Inleiding Het vouw- en vulsysteem kan worden voorzien van leesfunctionaliteit. Hiermee kan het systeem speciale codes lezen die op de documenten zijn afgedrukt. Deze codes bevatten informatie over het verwerken van de vellen. Er zijn drie typen codes beschikbaar: •...
  • Pagina 80 Algemene vereisten voor afgedrukte codes Neem het volgende in acht als u documenten afdrukt om te lezen: • Zorg dat de lint- of tonerkwaliteit goed genoeg is. • Druk de code af in het zwart. • Codes op hetzelfde blad moeten een gelijke intensiteit hebben. •...
  • Pagina 81 Documentstand Schakel de leesfunctie in en stel de positie van de leestekens in zoals wordt beschreven Beschrijving van BCR-codes op pagina 76 en Beschrijving van OMR-codes op pagina Documentstand:...
  • Pagina 82 Beschrijving van BCR-codes Positie van de code op het document. Minimale lijndikte van een balkje: 0,25 mm De dikteverhouding van dikke balkjes ten opzichte van dunne balkjes: 2.2 Het witte gebied in de afbeelding geeft de grenzen aan waar de code kan worden afgedrukt. BCR-licentietypen Er zijn twee BCR-licentietypen: •...
  • Pagina 83 Basislicentie voor BCR Voor de basislicentie voor BCR zijn de volgende functies beschikbaar: • Page N of M: zolang N lager is dan M, is de documentset niet voltooid. Zodra N gelijk is aan M, is de set voltooid en wordt deze in een envelop geplaatst. •...
  • Pagina 84 Een configuratieblad lezen (alleen BCR) Als u de codedefinitie voor BCR wilt instellen, kunt u een BCR-configuratieblad gebruiken. U kunt als volgt een configuratieblad lezen: Druk in het menu Supervisor op de knop [Configuratieblad lezen].Het menu Configuratieblad voor streepjescodes verschijnt. Plaats het configuratieblad voor streepjescodes in de bovenste feeder.
  • Pagina 85 Druk op de knop [Vorige] om het menu BCR-instellingen te verlaten. Druk op de knop [Opslaan] om de BCR-instellingen op te slaan die van het configuratieblad zijn gelezen. Als deze instellingen worden opgeslagen wordt, afhankelijk van het gekozen code type, de streepjescodedefinitie gewijzigd voor jobs waar 1D of 2D BCR (indien beschikbaar) wordt gebruikt.
  • Pagina 86 In het scherm Resultaat evalueert u de testresultaten. Gebruik de knop om de BCR-info te bekijken, of gebruik de knop om door alle BCR-codes te bladeren die tijdens de test zijn gedetecteerd. Selecteer de code die u voor lezen wilt gebruiken. Druk op de knop [Vorige] om terug te gaan naar het menu BCR-test.
  • Pagina 87 OMR-licentietypen Er zijn twee OMR-licentietypen: • Standaard • Geavanceerd Basislicentie voor OMR Voor de basislicentie voor OMR zijn de volgende functies beschikbaar: • Startteken: geeft het begin van de code aan. • Invoegen/verzamelen: bepaalt wanneer een documentset voltooid is en in een envelop moet worden geplaatst.
  • Pagina 88 Geavanceerde licentie voor OMR Voor de geavanceerde licentie voor OMR zijn de volgende functies beschikbaar: • De basisfuncties (Start, Invoegen, Pariteit, Veiligheid) • Omleidingsteken (omleiden en doorgaan) - de set wordt omgeleid en het systeem gaat door. • Stopteken (omleiden en stoppen) - de set wordt omgeleid en het systeem stopt en geeft een fout weer (VS:113 - Lezen gestopt - stopteken gelezen).
  • Pagina 89 Een voorbeeld van een OMR-code In de afbeelding wordt de legenda voor het volgende voorbeeld weergegeven. In dit voorbeeld wordt een set met acht vellen, één selectieve invoer en drie volgordecontroletekens weergegeven. • De eerste positie wordt gebruikt voor het startteken dat op elk vel moet worden afgedrukt.
  • Pagina 90 Druk op de knop [Test] om de OMR-test te starten. Nadat de test is voltooid, verschijnt het scherm Resultaat. In het scherm Resultaat evalueert u de testresultaten. Gebruik de knop om de OMR-info te bekijken. Druk op de knop [Vorige] om terug te gaan naar het menu OMR-test. Druk op de knop [Vorige] om terug te gaan naar het menu Test.
  • Pagina 91 Online services Online services Het vouw- en vulsysteem kan worden voorzien van Online services. Met deze optie kunt u het systeem verbinden met een centrale server. Tijdens de verbinding worden gegevens gedownload naar en geüpload van het systeem. Het systeem start altijd de verbinding. Het is niet mogelijk om van buitenaf een verbinding met het systeem te maken.
  • Pagina 92 Online services opstarten U kunt als volgt Online services opstarten: Kies [Online services] vanuit het menu Supervisor. In het menu 'Online services' worden de volgende functies weergegeven: - Verbinding: opent het menu 'Verbinding' waar u een verbinding met een centrale server kunt maken en de verbindingsgeschiedenis kunt zien (zie Verbinden met de server...
  • Pagina 93 Een verbinding met de server maken Het systeem maakt op vaste tijden een verbinding. U kunt het systeem ook handmatig met de server verbinden. U kunt als volgt een verbinding met de server maken: Druk op [Verbinding] in het menu Online services. Het menu Verbinding wordt weergegeven op het aanraakscherm.
  • Pagina 94 De historie weergeven In het menu 'Historie' worden de vorige verbindingen van het systeem met de server weergegeven. U kunt als volgt de historie weergeven: Druk op de pijltjestoetsen om een vorige verbinding te selecteren. Druk op de knop om de details van de geselecteerde vorige verbinding te bekijken. Berichten weergeven Nadat u op Berichten in het menu 'Online services' hebt gedrukt, worden de berichten die van de server zijn ontvangen op het aanraakscherm weergegeven.
  • Pagina 95 Een nieuwe job of nieuwe software installeren Nadat u op Berichten in het menu 'Online services' hebt gedrukt, worden de berichten die van de server zijn ontvangen weergegeven op het aanraakscherm. Als nieuwe software of een nieuwe job kan worden geïnstalleerd, wordt de knop Doorgaan weergegeven.
  • Pagina 96 Druk op [Installeren] om de nieuwe job of de nieuwe software te installeren druk op [Annuleren] om deze niet te installeren.Als u op [Installeren] hebt gedrukt, wordt een bevestigingsmenu weergegeven: In het geval van een nieuwe job: Druk op de pijlen om een beschikbaar jobnummer te selecteren (zie Een nieuwe job maken op pagina 40).
  • Pagina 97 Het menu bestaat uit twee submenu's en bevat de volgende functies: • Telefoonnummer van server: neem contact op met de leverancier voor het telefoonnummer van de OLS-server. • Prefix: gebruik deze functie wanneer u een bepaald nummer of een bepaalde tekenreeks moet kiezen voor toegang tot een buitenlijn.
  • Pagina 98 Het prefix wijzigen U kunt als volgt het prefix wijzigen: Druk op de knop naast het prefix. Voer het juiste prefix in met het numerieke toetsenblok. Druk op [OK] om het nieuwe prefix te bevestigen. Druk op [OK] om de gewijzigde instellingen te bevestigen en het configuratiemenu te verlaten.
  • Pagina 99 Datum en tijd invoeren U kunt als volgt de huidige datum en tijd invoeren: Druk op de knop naast de datum/tijd. Voer de juiste datum/tijd in met het numerieke toetsenblok. Druk op [OK] om de nieuwe datum/tijd te bevestigen. Druk op [OK] om de gewijzigde instellingen te bevestigen en het configuratiemenu te verlaten.
  • Pagina 100 Volume van de modem instellen U kunt als volgt het volume van de modem instellen: Druk op de knop naast het volumesymbool om het volume van de modem te verhogen of te verlagen. Zet het volume niet op nul omdat het geluid van de modem nuttig kan zijn tijdens hulp op afstand.
  • Pagina 101 Onderhoud door operator Onderhoudsschema Koppel de machine los van de netvoeding voordat u onderhoud uitvoert. De gebruiker mag niet proberen andere onderhoudswerkzaamheden uit te voeren dan wat in deze handleiding wordt beschreven. Andere onderhoudswerkzaamheden mogen alleen worden uitgevoerd door gekwalificeerd onderhoudspersoneel. Neem contact op met de geautoriseerde dealer.
  • Pagina 102 Onderhouds Onderhoud frequentie Dagelijks • Controleer de systeemfuncties. • Houd het systeem in goede conditie door stof, papierresten, enzovoort, te verwijderen. Wekelijks De machine wordt geleverd met een extra set borstels. Om altijd een schone set bij de hand te hebben, wordt u aangeraden een set in water te bewaren en de andere set te gebruiken.
  • Pagina 103 Borstels reinigen en vervangen Maak de borstels van de envelopverzegeling schoon als deze vuil of verzadigd zijn of vervang de borstels als volgt: Bevochtig de nieuwe borstels met water. Verwijder de borstels een voor een door deze naar beneden uit de borstelhouder te trekken.
  • Pagina 104 Verwijder klemmen A om de bevochtigingsdoek te verwijderen. Reinig of vervang de bevochtigingsdoek. De sensoren van het envelop- of documentpad reinigen Als een waarschuwing wordt gegeven over stoffige sensoren in het envelop- of documentpad, moeten deze als volgt worden gereinigd: Open zijkap A.
  • Pagina 105 De uitvoersensoren reinigen U kunt de uitvoersensoren als volgt reinigen: Draai een licht bevochtigd katoenen watje rond in het onderste gat om de onderste uitvoersensor te reinigen. Draai een licht bevochtigd katoenen watje rond in het bovenste gat om de bovenste uitvoersensor te reinigen.
  • Pagina 106 Druk in het menu Fotocellen kalibreren op de knop [Kal.] Wanneer het kalibreren is voltooid, keert het systeem terug naar het menu Fotocellen kalibreren. Druk op de knop [Vorige] om het menu Fotocellen kalibreren te verlaten.
  • Pagina 107 Storingen zoeken Foutberichten Als zich een fout voordoet, wordt een scherm met de volgende informatie weergegeven: • Een indicatie van het gebied waarin de fout zich heeft voorgedaan. • Een foutbeschrijving. • Een voorgestelde oplossing achter de wijzende hand. Druk op de knop voor meer informatie over de opgetreden fout en over de mogelijke actie waarmee kan worden voorkomen dat de fout opnieuw optreedt.
  • Pagina 108 Opstoppingen verhelpen Opstoppingen kunnen zich voordoen in de volgende gebieden: flexFeed-gebied Verzamelplaatsgebied powerFold-gebied Onderste enveloptrack Bevochtigings- en vulgebied Verzegel- en uitvoergebied Envelopmagazijn...
  • Pagina 109 Voor het verhelpen van opstoppingen kunnen zes gedeelten van het systeem worden geopend: A - loc-kap, om het verzegel- en uitvoergebied te bereiken B - kap vulsysteem om het bevochtigings- en vulgebied te bereiken. C - verzamelplaatsarm om het verzamelplaatsgebied te bereiken D - verticale transportkap om het verticale transport- en invoergebied te bereiken E - kap powerFold om het vouwgebied te bereiken F - zijkap om de onderste enveloptrack te bereiken...
  • Pagina 110 Uitvoer-, verzegel- en vulgebied Wanneer er een opstopping in dit gebied voorkomt, verwijdert u het materiaal als volgt: Open de zijkap F. Til de ontgrendeling van de loc op en trek de loc omhoog in verticale positie. Verwijder al het materiaal Sluit de zijkap.
  • Pagina 111 Envelopmagazijn Wanneer een envelop vastloopt in dit gebied, verwijdert u de envelop als volgt: Trek de kleine hendel B naar beneden. De pennen C gaan omlaag. Duw hendel A naar rechts en houd die vast. De pennen C gaan omhoog. Verwijder de vastgelopen envelop.
  • Pagina 112 Onderste enveloptrack Wanneer er een opstopping in de onderste enveloptrack voorkomt, verwijdert u de envelop als volgt: Zo nodig kunnen de enveloppen en documenten handmatig worden getransporteerd naar de vultafel of de onderste enveloptrack met hendel C. Als u een ingevoegd document handmatig wilt transporteren, haalt u hendel B over.
  • Pagina 113 PowerFold Wanneer er een opstopping in de powerFold optreedt, verwijdert u de documenten als volgt uit de powerFold: Druk op het onderste deel van de ontgrendelhendel A om de kap van de powerFold B te openen. Verwijder de documenten uit de powerFold. Gebruik zo nodig de bijgeleverde pin om de rollers te draaien.
  • Pagina 114 FlexFeed Wanneer een opstopping in de flexFeed ontstaat, verwijdert u de documenten als volgt uit de flexFeed: Trek de verticale transportgreep A naar boven om de verticale transportkap Bte openen. Verwijder de documenten. Sluit de kap B van het verticale transport. Druk op de knop [Reset] om de fout te resetten en de job opnieuw te starten.
  • Pagina 115 Verzamelplaatsgebied Wanneer een opstopping in het verzamelplaatsgebied voorkomt, verwijdert u de documenten als volgt uit het verzamelplaatsgebied: Til verzamelplaatsarm A op. Verwijder de documenten. Breng de verzamelplaatsarm naar beneden. Druk op de knop [Reset] om de fout te resetten en de job opnieuw te starten. Problemen oplossen voor operator U kunt als volgt problemen oplossen: Noteer de fout.
  • Pagina 116 Tabel voor probleemoplossing Symptoom Mogelijke oorzaak Oplossing Referentie De machine start niet Machine niet Sluit de machine op nadat deze is aangesloten op de netvoeding aan. ingeschakeld netvoeding. Zekering kapot. Vervang zekering onder aan/uit- schakelaar. Een kap is geopend. Sluit de kappen. Machine stopt met Enveloppen zijn Controleer de...
  • Pagina 117 Enveloppen worden Magazijn bijna leeg. Vul magazijn Enveloppen plaatsen onregelmatig opnieuw. op pagina 19 ingevoerd. Scheiding te krap Stel envelopscheiding Enveloppen plaatsen ingesteld. op pagina 19 Zijgeleiders te smal Controleer Enveloppen plaatsen ingesteld. zijgeleiders en pas zo op pagina 19 nodig de instelling aan.
  • Pagina 118 Systeem stopt tijdens Vingers niet juist Controleer positie van De vulvingers van de het invoegen ingesteld. vingers en pas deze enveloppen instellen (opstopping bij zo nodig aan. op pagina 38 invoegpunt). Geplaatst document Controleer Vouwinstellingen te lang voor gebruikte vouwinstellingen. pagina 53 envelop.
  • Pagina 119 Envelop wordt niet Ingevoegd document Controleer Vouwinstellingen altijd uit te groot. vouwinstellingen en pagina 53 verzegelgebied pas deze zo nodig geworpen. aan. Document niet diep Controleer De invoegpositie genoeg geplaatst. instellingen van bevestigen envelopstoppositie en pagina 39 vingers. Verzegelgebied vuil. Reinig Onderhoudsschema verzegelgebied.
  • Pagina 120 Specificaties Technische specificaties Model DS-85, M8500, FPi 5600, FD6404 Type Vulsysteem voor middelgrote kantoren. Theoretische maximale snelheid 4000 vullingen per uur, afhankelijk van toepassing. Energieverbruik 100V AC / 50 Hz / 3,0 ampère 115V AC / 50/60 Hz / 3,0 ampère 230V AC / 50 Hz / 1,5 ampère...
  • Pagina 121 Capaciteit van hopper en feeder Envelopmagazijn 325 enveloppen (80 g/m²) Documentfeederlade 325 bladen (80 g/m²) Documentfeederlade voor grote volumes 725 bladen (80 g/m²) Afmetingen configuratie 2 stations 3/4 stations 5/6 stations Hoogte 570 mm 745 mm 920 mm Breedte 420 mm 420 mm 420 mm Lengte...
  • Pagina 122 Papierformaat Minimale breedte: 130 mm (5,1 inch) Maximale breedte: 242 mm, gevouwen 230 Minimale lengte: 90 mm Maximale lengte: 356 mm (14 inch) Vouwcapaciteit V-vouw - 10 vellen (maximaal 80 g/m²) C-vouw/Z-vouw - 8 bladen (maximaal 80 g/m²) Dubbele v-vouw - 4 vellen (max. 80 g/m²) Envelopformaten Standaardretourenveloppen Kwaliteit enveloppen...
  • Pagina 123 M i n i m u m a f m e t i n g e n 60 g/m2 160 mm 90 mm 32 mm 10 mm 84 mm 6.3” 3.5” 1.25” 0.4” 3.3” M a x i m u m a f m e t i n g e n 248 mm 162 mm B-32...
  • Pagina 124 Breedte 285 mm Lengte 425 mm Gewicht 5,05 kg Geluidsproductie Technische specificaties op pagina 114 Bedrijfstemperatuur 10°C - 40°C Luchtvochtigheid 30%-80% Capaciteit feederlade 1200 vellen A4 80 gr. 320x retourenveloppen Specificaties invoeren documenten en Documentspecificaties op pagina 115 en BRE´s Envelopspecificaties op pagina 116.
  • Pagina 125 Luchtvochtigheid 30%-80% Capaciteit stapelaar 325 enveloppen, afhankelijk van de toepassing.
  • Pagina 126 Terminologie Terminologie Term Beschrijving Adresdrager De adresdrager is het document dat het adres bevat van de persoon waarvoor de postset is bedoeld. Het adres moet zichtbaar blijven terwijl bijlagen worden toegevoegd en de documentset wordt gevouwen. Het vouwtype en de geselecteerde envelop moeten ervoor zorgen dat het adres achter het venster in de envelop zichtbaar is.
  • Pagina 127 C-vouw Vouwtype waarbij een documentset tweemaal wordt gevouwen en waarbij de gevouwen flappen op elkaar liggen. Deze vouw wordt in de onderstaande afbeelding geïllustreerd. De positie van beide vouwen kan worden ingesteld. Synoniem: Wikkelvouw. Wissen De functie van een vulsysteem waarbij alle postsets in voortgang worden voltooid en het documentpad vrijkomt.
  • Pagina 128 Dubbele parallel Zie Dubbele V-vouw vouw Dubbele V-vouw De dubbele V-vouw is een type vouw waarbij het document eerst halverwege wordt gevouwen en de resulterende gevouwen set opnieuw halverwege wordt gevouwen. Deze vouw wordt in de onderstaande afbeelding geïllustreerd. De positie van beide vouwen kan worden ingesteld. Synoniem: Dubbele parallelvouw.
  • Pagina 129 Feeder Een feeder is een module voor het invoeren van documenten naar het vulsysteem. De feeder scheidt documenten vel voor vel van de stapel documenten in de feederlade. Feeder koppelen De mogelijkheid om twee feeders te vullen met hetzelfde documenttype waarbij het vulsysteem automatisch naar een tweede feeder overschakelt wanneer de eerste feeder leeg is en omgekeerd.
  • Pagina 130 intelliDeck Om opstoppingen te voorkomen leidt intelliDeck dubbele of foutieve documenten om voordat ze worden gevouwen als het systeem nog steeds draait. Een job is een daadwerkelijk geproduceerde verzameling van postsets op basis van een bepaalde jobdefinitie op een bepaald tijdstip voor een specifiek doel.
  • Pagina 131 Leestekens Tekens die aan documenten zijn toegevoegd en die afwerkingsinstructies bevatten die kunnen worden geïdentificeerd door een leeskop en worden geïnterpreteerd volgens de gebruikte OMR-codedefinitie. Diagnose De functie waarmee een probleem met een vulsysteem vanaf een op afstand externe locatie kan worden geanalyseerd. Onderhouds- Monteur die als taak het oplossen van problemen met systemen in het monteur...
  • Pagina 132 Verticaal De sectie voor verticaal transport tussen feeders en verzamelplaats. transport Z-vouw Een Z-vouw betekent dat het document tweemaal zo wordt gevouwen dat elke gevouwen flap zich aan een andere zijde van het gevouwen document bevindt, wat resulteert in een Z-vorm. Deze vouw wordt in de onderstaande afbeelding geïllustreerd.