Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

8.2. Vacuüm trekken
Kalibratie en controle van een vacuümpomp
1.
Controleer de kwaliteit en het oliepeil van de vacuümpomp.
2.
Sluit de vacuümpomp aan op een vacuümmeter als de vacuümpomp daar niet mee is uitgerust.
3.
Trek een paar seconden vacuüm.
4.
De pomp moet zijn vacuümdrempelwaarde bereiken en de naald van de vacuümmeter mag niet
bewegen.
5.
De druk van het bereikte vacuümniveau moet lager zijn dan de druk in de tabel op blz. 30. Is dit
niet het geval, vervang dan de afdichting, de slang of de pomp.
Procedure voor de vacuümtrekking
1.
Ontlucht de stikstof uit het systeem door de blauwe klep op de LP-drukmeter te openen (terug
naar atmosferische druk).
2.
Koppel de stikstofcilinder los en sluit de BP- en HP-drukmeterkleppen.
3.
Vervang de stikstofcilinder door de vacuümpomp.
Als de vacuümpomp er nog niet mee is uitgerust, moet u voor een grotere nauwkeurigheid een
vacuümmeter tussen de vacuümpomp en de set manometers plaatsen.
4.
Zet de vacuümpomp aan.
5.
Open de rode klep op de HP-drukmeter en wacht tot de druk in het circuit daalt tot onder de
waarde aangegeven in de tabel op blz. 30 afhankelijk van de temperatuur.
6.
Nadat het vereiste vacuüm is bereikt, laat u het vacuüm ongeveer een uur draaien (de tijd varieert
afhankelijk van de lengte van de verbinding en de vochtigheid in het netwerk). Het vacuüm kan
enkele uren duren bij vochtig weer.
7.
Controleer of het vacuüm aanhoudt door de rode klep op de HP-manometer te sluiten. Stop de
vacuümpomp. Maak geen slangen los.
8.
Na ongeveer tien minuten mag de druk niet gestegen zijn. Zo niet, zoek en repareer het lek, voer
een nieuwe lektest en een vacuümtest uit.
9.
Sluit de rode klep op de HP manometer.
10.
Stop en ontkoppel de vacuümpomp.
24
Vacuümmeter
Vacuüm
pomp
BP
HP

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

1u-009dbrb1u-012dbrb1u-018dbrb

Inhoudsopgave