Elektrische aansluitingen
•
In geval van storing (brandlucht, enz.) de installatie onmiddellijk
stopzetten, de stroomonderbreker uitschakelen en een bevoegd
persoon raadplegen.
•
Sluit het toestel aan op aarde. Een onjuiste aarding kan elektrische
schokken veroorzaken.
•
Verkeerde bedrading kan het hele systeem beschadigen.
•
Als de spanning te laag is of daalt wanneer het apparaat wordt
gestart, kan het moeilijk starten. Raadpleeg in dat geval uw
energieleverancier.
•
Zorg ervoor dat alle kabels veilig zijn, dat u draden gebruikt die
voldoen aan de huidige normen (met name NF C 15-100) en dat
er geen kracht wordt uitgeoefend op de aansluitingen en de
kabels.
Deze apparaten voldoen aan de volgende richtlijnen :
2014/30/EU
Elektromagnetische compatibiliteit (EMC)
2006/42/CE
Machinerichtlijn
2014/35/EU
Laagspanningsrichtlijn
2014/68/EU
Richtlijn drukapparatuur
2009/125/CE
Richtlijn ecologisch ontwerp
2011/65/EU
ROHS
10