Sluit de slang aan op het koppelstuk.
De slang dient dusdanig te worden aangesloten, dat zowel de
in- als de uitlaataansluiting verticaal is, zodat de slang in de
vorm van een U naar beneden hangt.
Daar het fornuis in de hoogte verstelbaar is en elke
aansluiting anders is, kunnen we geen nauwkeurige
afmetingen geven.
Controleer na het aansluiten van het gas aan de hand van
een drukproef of het fornuis gasdicht is. Gebruik geen
afwasmiddel om op gaslekken te controleren - het kan
corrosie veroorzaken. Gebruik producten die speciaal
bedoeld zijn voor lekdetectie.
Beproeven op Druk
De gasdruk kan worden gemeten bij het drukproefpunt
op de gasinlaat. Draai de gasleiding naar het fornuis dicht.
Sluit de manometer aan op het drukproefpunt. Draai de
gasleiding open en steek een van de kookplaatbranders aan.
Draai de gasleiding naar het fornuis dicht en verwijder de
manometer
Aansluiten op de Elektriciteit
Het apparaat dient door een bevoegd elektricien te
worden aangesloten in overeenstemming met de relevante
voorschriften alsmede de vereisten van het plaatselijke
energiebedrijf.
WAARSCHUWING: HET APPARAAT DIENT TE
n
n
WORDEN GEAARD.
Opmerking:
Het fornuis dient te worden aangesloten op de
juiste stroomvoeding, zoals op het spanningslabel van het fornuis
vermeld is. Het fornuis dient te worden aangesloten via een geschikt
regeleenheid voor het fornuis, bestaande uit een tweepolige
schakelaar met een tussenruimte van ten minste 3 mm tussen
de polen. Het fornuis mag niet op een normaal, huishoudelijk
stopcontact worden aangesloten.
De totale elektrische belasting van het apparaat bedraagt
ongeveer 5 kW. De elektriciteitskabel dient aan deze
belasting en aan de plaatselijke vereisten te voldoen.
L
N
6mm²
ArtNo.130-0012NL - Electrical connections single-phase
2x 230 Vac 50Hz
(TOT CA. 7,6 kW)
N
N
L1
L2
L1
N
L3
L2
6 mm² max
3N ac
230/400 V 50 Hz
U kunt de afschermkast van het aansluitpunt op het
achterpaneel verwijderen om bij de netaansluiting te komen.
Sluit de elektriciteitskabel aan op de juiste aansluitpunten
voor de betreffende soort stroomvoeding.
Controleer of de aansluitingen goed vastzitten en of de
schroeven van de aansluitpunten goed vastzitten. Zet de
elektriciteitskabel vast met de kabelklem.
Aardlekschakelaars met Stroomsturing
Indien het fornuis is voorzien van een aardlekschakelaar
(RCD) met een gevoeligheid van 30 milliampere, is het
mogelijk dat de schakelaar omslaat wanneer het fornuis
gelijktijdig met andere huishoudelijke apparaten wordt
gebruikt. In dergelijke gevallen dient de stroomkring van
het fornuis wellicht te worden voorzien van een schakelaar
van 100 mA. Dit werk dient uitsluitend door een bevoegd
elektricien te worden verricht.
Kookplaat
Controleer de branders één voor een. Het fornuis is voorzien
van een veiligheidsmechanisme dat de gastoevoer naar
de brander uitschakelt indien de vlam uitgaat. Draai de
bedieningsknoppen om de beurt naar het symbool van de
dichte vlam. Druk de bedieningsknop in. Er stroomt gas naar
de brander. Blijf de knop ingedrukt houden en druk op de
ontstekingsknop of steek de brander met een lucifer aan. Blijf
de knop ongeveer 10 seconden ingedrukt houden.
Als de brander uitgaat wanneer u de knop loslaat, hebt u
niet lang genoeg gewacht. Wacht een minuut en probeer
het nogmaals maar houd de knop deze keer iets langer
ingedrukt.
Ovencontrole
Zet de ovens aan en controleer of ze warm worden.
Zet de ovens uit.
Ovenlichten
Controleer of de ovenlichten werken. Opmerking: de garantie
dekt het ovenlampje niet.
54
Nederlands
10 mm² max