Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Rotex HPU RGSQH10S18AA9W Uitgebreide Handleiding Voor De Installateur pagina 20

Verberg thumbnails Zie ook voor HPU RGSQH10S18AA9W:
Inhoudsopgave

Advertenties

6 Voorbereiding
▪ Glycol. Om veiligheidsredenen is het NIET toegestaan glycol in
het ruimteverwarmingscircuit toe te voegen.
▪ Lengte van de leidingen. Wij adviseren de leidingen tussen de
tank voor warm tapwater en het afnamepunt van het warme water
(douche, bad enz.) zo kort mogelijk te maken en doodlopende
stukken te vermijden.
▪ Diameter van de leidingen. Selecteer de diameter voor de
leidingen op basis van het vereiste debiet en de beschikbare
externe statische druk van de pomp. Zie
gegevens" op pagina 72
voor de grafieken voor de externe
statische drukken voor de binnenunit.
▪ Debiet. U kunt het vereiste minimumwaterdebiet voor de werking
van de binnenunit in de volgende tabel vinden. Als het debiet
kleiner is, zal debietfout 7H verschijnen en zal de binnenunit
stoppen met werken.
Model
10
▪ Ruimteverwarmingscircuit: 8 l/min
▪ Pekelcircuit: 25 l/min
▪ Ter plaatse te voorziene onderdelen – Vloeistof. Gebruik alleen
materialen die compatibel zijn met vloeistof die in de installatie
gebruikt wordt en met de materialen van de binnenunit.
▪ Ter plaatse te voorziene onderdelen – Vloeistofdruk en -
temperatuur. Controleer of alle componenten in de lokale
leidingen
bestand
zijn
vloeistoftemperatuur.
▪ Vloeistofdruk – Ruimteverwarmings- en pekelcircuit. De
maximale
vloeistofdruk
van
pekelcircuit bedraagt 4 bar. Voorzie gepaste veiligheden in het
watercircuit om ervoor te zorgen dat de maximumdruk NIET
overschreden wordt.
▪ Vloeistofdruk – Warmtapwatertank. De maximale vloeistofdruk
van de warmtapwatertank is 10 bar. Voorzie gepaste veiligheden
in het watercircuit om ervoor te zorgen dat de maximumdruk NIET
overschreden wordt.
▪ Vloeistoftemperatuur.
Alle
leidingtoebehoren (kleppen, verbindingsstukken enz.) DIENEN
bestand te zijn tegen de volgende temperaturen:
INFORMATIE
De volgende afbeelding is een voorbeeld en stemt mogelijk
NIET overeen met de lay-out van uw installatie.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
20
"14 Technische
Minimumdebiet
tegen
de
vloeistofdruk
het
ruimteverwarmings-
geplaatste
leidingen
65°C
i
b b
en
en
a
Binnenunit
b
Warmtewisselaar
c
Back-upverwarming
d
Pomp
e
Afsluiter
f
Gemotoriseerde 3-wegklep
g
Gemotoriseerde 2-wegklep (ter plaatse te voorzien)
h
Verdeelstuk
i
Tank voor warm tapwater
en
j
Warmtewisselaarspoel
FCU1...3
Ventilatorconvector (optie)
FHL1...3
Vloerverwarmingslus
▪ Aftappen – Lage punten. Voorzie aftappunten op alle lage
punten van het systeem om het watercircuit volledig te kunnen
aflaten.
▪ Aftappen – Overdrukveiligheidsklep. Voorzie een goede afvoer
voor de overdrukveiligheidsklep om te beletten dat water uit de
unit zou druppelen. Zie
afvoer aansluiten" op pagina
WAARSCHUWING
▪ Alle
leidingwerk
pekeldrukveiligheidsklep dient een voortdurende afloop
te hebben.
▪ De aflaatleiding van de pekeldrukveiligheidsklep moet
eindigen op een veilige, zichtbare positie die geen
risico vormt voor personen die zich in de buurt ervan
bevinden.
▪ Ontluchtingspunten. Voorzie ontluchtingspunten op alle hoge
punten van de installatie; deze punten moeten voor onderhoud
gemakkelijk
bereikbaar
ruimteverwarmingszijde
ontluchting. Controleer of deze ontluchtingsklep NIET te hard is
vastgedraaid, zodat het watercircuit automatisch ontlucht kan
worden.
▪ Onderdelen met een zinkbekleding. Gebruik NOOIT onderdelen
met een zinkbekleding in het vloeistofcircuit. Aangezien het
vloeistofcircuit in de unit uit koperen buizen bestaat, kan anders
70°C
h
a
h
j
FCU1
FCU2
g
e
h
M
f
M
h
c
d
e
FHL1
FHL2
"7.5.3 De overdrukveiligheidsklep op de
30.
dat
is
aangesloten
zijn.
De
binnenunit
is
voorzien
van
een
automatische
RGSQH10S18AA9W
Geothermische ROTEX HPU
4P374245-1 – 2014.03
FCU3
FHL3
op
de
aan
de

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave