T9-modus
1.
Druk de betreffende alfanumerieke toetsen één
keer in om een heel woord in te geven.
2.
Als het woord juist wordt weergegeven, drukt
u op [0] om een spatie in te voegen. Als het
juiste woord niet wordt weergegeven, drukt
u op de navigatietoets omhoog of omlaag om
een ander woord te selecteren.
ABC-modus
Druk op de betreffende alfanumerieke toets tot het
gewenste teken op het display verschijnt.
Cijfermodus
Druk op de betreffende alfanumerieke toets om
een cijfer in te geven.
Symboolmodus
Druk op de betreffende alfanumerieke toets om
een symbool in te geven.
•
Druk op de navigatietoets om de cursor te
verplaatsen.
•
Druk op <
wissen. Als u snel tekens wilt wissen, houdt u
<Wissen> ingedrukt.
•
Druk op [
in te voegen.
•
Druk op [
22
Wissen> om tekens een voor een te
0] om een spatie tussen twee tekens
1] om interpunctietekens in te voegen.